h.8 Reclame les 4

h.8 Reclame
les 4
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

h.8 Reclame
les 4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen van deze les:


  • Je kunt feiten en meningen benoemen;

  • Je kunt de kenmerken van reclametaal herkennen;

  • Je kunt objectief en subjectief taalgebruik herkennen;

  • Je kunt figuurlijk taalgebruik herkennen.





Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doen we deze les?


  • We bespreken h.8.2 opdracht 6 + 7;
  • We herhalen de tekstverbanden en de signaalwoorden;
  • We bespreken de theorie van slogans;
  • We bespreken de theorie van feiten en meningen;
  • We bespreken objectieve en subjectieve woorden;
  • Jullie maken h.8.3 opdracht 10, 11 en 12 en 
      werken aan woordenschat (online).



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opsomming
Je noemt verschillende dingen achter elkaar.
ook, verder, bovendien, nog, daarnaast, en, niet alleen ... maar ook, zowel ... als, ten eerste, ten tweede, vervolgens, ten slotte

 
Hardlopen heeft veel voordelen. Ten eerste is het een goedkope sport.
tegenstelling
Na een uitspraak beweer je meteen het tegengestelde.
maar, daarentegen, echter, integendeel, aan de ene kant ... aan de andere kant, daar staat tegenover, terwijl, toch

Deze telefoon heeft een groter scherm, maar de foto’s zijn minder goed.
reden
Je geeft een reden. Een reden geeft aan waarom iemand iets wel of niet doet.
daarom, want, omdat, namelijk

Veel scholieren slaan het ontbijt over, omdat ze er geen tijd voor hebben.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht 6a
(blz. 41)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdr. 6b 
blz. 42
tussenkopje alinea 3

Slide 8 - Diapositive

Toelichting - Soorten reclame - Voorbeelden van reclame
opdr. 6c 
blz. 42

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdr. 6 blz. 42 + 43

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdr. 6d blz. 42 

Slide 11 - Diapositive

Merken laten je graag geloven dat zij beter zijn. Maar dat is echt niet altijd zo.
informeren
Het grootste deel van de tekst bevat informatie over reclame.
activeren
Daarnaast activeert de schrijver jongeren om op te passen met reclame: hij waarschuwt en geeft tips.

informeren:
Reclame is commerciële communicatie met als doel iets of iemand bij anderen aan te prijzen of te promoten. (regel 7-9).

activeren:
Als je weet hoe reclame werkt, laat je je er minder makkelijk door beïnvloeden. (regel 3-5)

Koop daarom alleen iets … kunt betalen. (regel 50-52)
Maar of je dat doet, blijft natuurlijk je eigen keus. (regel 59-60)

opdr. 6e

Slide 12 - Diapositive

Merken laten je graag geloven dat zij beter zijn. Maar dat is echt niet altijd zo.

Wat is neuromarketing? (opdr. 7)

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

opdr. 7b
blz. 43

Slide 14 - Diapositive

Merken laten je graag geloven dat zij beter zijn. Maar dat is echt niet altijd zo.
opdr. 7b
blz. 43

Slide 15 - Diapositive

Merken laten je graag geloven dat zij beter zijn. Maar dat is echt niet altijd zo.
opdr. 7 c + d + e 
met het boek
(blz. 43)

Slide 16 - Diapositive

Merken laten je graag geloven dat zij beter zijn. Maar dat is echt niet altijd zo.
opdr. 7f

(blz. 44)

Slide 17 - Diapositive

Hij vindt de kritiek onterecht: neuromarketing gaat niet te ver. 

Twee argumenten:
opdr. 7f

(blz. 44)
Joris vindt de kritiek onterecht: neuromarketing gaat niet te ver.

1. het is juist interessant om meer te weten over ons onderbewuste.
2. reclames worden misschien leuker en plezieriger, omdat het meer mensen aanspreekt en
   het relevanter voor ze is.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slogans

Bijna elke reclame is voorzien van een slogan
Dit is een korte boodschap die je gemakkelijk kunt onthouden. 


De kenmerken van reclametaal bij slogans. 

De slogan:
  • is kort en bondig.
  • roept een goed gevoel op.
  • klinkt mooi.
  • speelt met woordbetekenis(sen), bevat een woordgrapje of is dubbelzinnig.
  • bevat figuurlijk taalgebruik.
  • is grappig.






Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


De dansers bewogen prachtig over het toneel. De voorstelling was dan ook buitengewoon goed.

Is dit een feit of een mening?
A
feit
B
mening

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Doordat het hogedrukgebied vanuit Engeland naar Nederland trekt, is de kans op motregen later vandaag klein.

Is dit een feit of een mening?
A
feit
B
mening

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions



Welke kenmerken van reclametaal zie en hoor je in de volgende commercial?

  • figuurlijk taalgebruik
  • grappig
  • klinkt mooi
  • roept een goed gevoel op
  • speelt met woordbetekenis
opdr. 10 b 
blz.47


Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Magister - leermiddelen - Op niveau -  
h.8 Reclame - woordenschat
  • Maak van h.8.3:
    opdracht 10, 11 + 12
     in je werkboek.
    (blz.47 en verder)

  • werk verder aan h.8 woordenschat (online).

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions