2.2 waar heb je recht op?
1 / 11
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
wat s het consumentenrecht?
A
wetten en regels die jou moeten beschermen als consument
B
wetten er regels die de fabrikant moeten beschermen
C
wetten en regels die de overheid helpt
Slide 2 - Quiz
wat wordt er bedoeld met ' je hebt recht op een deugdelijk product?'
A
een product mag niet te duur zijn
B
een product moet verzekerd zijn
C
een product moet bij normaal gebruik een bepaalde tijd meegaan
Slide 3 - Quiz
welke wet beschermt je tegen gevaarlijke producten of onveilig eten
A
warenwet
B
wet productaansprakelijkheid
Slide 4 - Quiz
de wet product aansprakelijkheid houdt in dat:
A
de fabrikant alleen het product vergoed
B
de fabrikant alleen de schade vergoed
C
de fabrikant zowel en product als de ontstane extra schade vergoed
Slide 5 - Quiz
je koopt iets via het internet, welke wet gaat over bedenktijd?
A
de warenwet
B
de colportagewet
C
de wet koop opafstand
Slide 6 - Quiz
hoe lang moet de minimale bedenktijd zijn?
A
10 dagen
B
12 dagen
C
14 dagen
D
30 dagen
Slide 7 - Quiz
de colportagewet geldt als:
A
je voor minimaal 45 euro aan producten hebt gekocht
B
je voor minimaal 50 euro aan producten hebt gekocht
Slide 8 - Quiz
je koopt iets aan de deur, welke wet geldt nu?
A
waren wet
B
bedenktijd
C
colportagewet
Slide 9 - Quiz
waarop controleren de NVWA en ACM?
A
of een bedrijf wel eerlijk is
B
of voedsel en producten veilig zijn
C
of een bedrijf eerlijk si en of het ook veilige producten en voedsel verkoopt
Slide 10 - Quiz
een bedrijf maakt gebruik van kinderarbeid. de klanten van Nederland kopen niet meer bij dit bedrijf, ze boycotten dit bedrijf. waar is dit een voorbeeld van?
A
consumentenrecht
B
consumentenorganisatie
C
consumer power
