De invloed van reliëf

Planning
Startopdracht 'reliëf' 

Uitleg deel 1: temperatuur, hoogte en plantengroei

Opdrachten deel 1

Uitleg deel 2: gordels + stuwing

Opdrachten deel 2 + evaluatie
timer
1:00
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Planning
Startopdracht 'reliëf' 

Uitleg deel 1: temperatuur, hoogte en plantengroei

Opdrachten deel 1

Uitleg deel 2: gordels + stuwing

Opdrachten deel 2 + evaluatie
timer
1:00

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen deel 1
Je kunt beschrijven welke soorten reliëf er zijn.
Je kent de algemene regel dat hoe hoger je in een gebergte komt, hoe kouder het wordt.
Je kunt beschrijven welke klimaten er in een hooggebergte voorkomen.

Slide 2 - Diapositive

Startopdracht 'reliëf'
Hiernaast zie je een kaart van het reliëf van een deel van Europa.

- Wat is volgens jou 'reliëf'?
- Waar ligt Nederland? 
- Wat valt je op aan Nederland en het reliëf dat je ziet op de kaart? 

Denken-delen-uitwisselen

Slide 3 - Diapositive

Hoogteverschil
Reliëf - hoogteverschillen in het landschap

<200m = Laagland
200 - 500m = Heuvelland 
500 - 1500m = Middelgebergten
1500+ = Hooggebergte 

Ken jij voorbeelden van de gebieden?

Slide 4 - Diapositive

Laagland & heuvelland

Slide 5 - Diapositive

Middelgebergte & hooggebergte

Slide 6 - Diapositive

Temperatuur en hoogte
Hoe hoger je in de bergen komt, hoe kouder de temperatuur. 

Regel: per 1000m = 6 °C kouder

Toendraklimaat - hogere gebieden niet boven de 10°C in de zomer. 

Slide 7 - Diapositive

Temperatuur en hoogte
Hoogebergteklimaat = waar de temperatuur niet boven de 0°C uitkomt. 


Rechts een 'gletjser'. IJs en sneeuw dat al duizenden jaren niet is gesmolten. Stroomt langzaam naar beneden.

Slide 8 - Diapositive

Opdracht
Beschrijf in een document de verschillende soorten landschappen. Let op! Bewaar deze goed, deze heb je later weer nodig voor de eindopdracht!

Beschrijf en laat zien met plaatjes:
- De hoogte van laagland t/m hooggebergte. Noem een voorbeeld per gebied in Europa.  
- Welke plantengroei hoort bij welke hoogte? Laat zien welke plantengroei/landschappen bij de verschillende hoogtes horen (loofbos t/m sneeuwgrens)

Wat heb ik nodig?
- Gebruik 5.3 Landschappen in Europa - De invloed van reliëf 
- Zoek op Google de plaatjes en voorbeelden van gebieden. 


Slide 9 - Diapositive

Aan de slag!
Maken 5.3?
Opdr. 2 + 3

WB - blz. 93 + 94
LB - blz. 76 + 77
timer
1:00

Slide 10 - Diapositive

Leerdoelen deel 2
Je kunt uitleggen hoe bij een gebergte neerslag ontstaat

Je kunt uitleggen dat er een loef- en een lijzijde is.

Je kunt beschrijven hoe de plantengroei verandert met de hoogte en wat dit te maken heeft met de temperatuur.

Slide 11 - Diapositive

Plantengroei verandert met de hoogte
3500+
Sneeuw- 
grens
Altijd onder
0°C
2500-3500
Rots
2000-2500m
Boomgrens
Alpenweiden
Zomer lager dan 10°C
1000-2000m
Naaldbos
Tot 1000m
Loofbos
Zomer warmer dan 15 °C

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Diapositive

Voorbeeld
Hiernaast een mooi voorbeeld uit Marokko.

1. Rechts vanaf de Atlantische Oceaan waait de wind naar links. 
2. Wind botst tegen het Atlas gebergte omhoog. 
3. Daardoor ontstaat rechts veel regen en dus is daar veel groen! 

Slide 15 - Diapositive

Samengevat
Stap 1: Vochtige lucht van zee moet opstijgen tegen een gebergte. 

Stap 2: Lucht die opstijgt koelt af en vormt druppeltjes/wolken (condenseert). 

Stap 3:  Nu ontstaat er regen: dit heet stuwingsregen. De natte kant van een gebergte heet: loefzijde (windkant)

Stap 4: Aan de andere kant van het gebergte valt bijna geen neerslag omdat de lucht hier weer daalt. Dalende lucht warmt op, waterdruppels worden weer waterdamp: het is hier droog. Dit gebied heet de regenschaduw. De droge kant van een gebergte heet: lijzijde

Slide 16 - Diapositive

Aan de slag!
Maken 5.3?
Opdr. 2, 3, 4 + 6

WB - blz. 93 + 94
LB - blz. 76 + 77
timer
1:00

Slide 17 - Diapositive

En nu jullie!
Leg uit met een tekening hoe stuwingsregen ontstaat.

Gebruik de begrippen: stuwingsregen, loefzijde, lijzijde, condenseren en regenschaduw.

Gebruik Learnbeat - Landschappen in Europa - De invloed van reliëf

Klaar? Maken 'De invloed van reliëf': B - 1, 3bc, 4bc, 5b, 7
timer
1:00

Slide 18 - Diapositive

Evaluatie
1. Wissel de gemaakte opdrachten met elkaar uit.
2. Beoordeel: wat klopt er? Wat heb jij anders?

3. Moeilijke begrippen tegengekomen?
Bedenk ezelsbruggetjes: bijvoorbeeld bij de 'lijzijde' word je 'blij', omdat het daar droog is. 
Dit helpt je bij het onthouden van deze moeilijke begrippen! 

Slide 19 - Diapositive