Bloeddruk. Wat hoort bij elkaar?
1 / 11
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Hypertensie
RR
Zeer hoge bloeddruk
Hoge Bloeddruk
Riva Rocci
RR 160/100
Slide 2 - Question de remorquage
Optimale bloeddruk
Diastole
Systole
Tensie
RR 120/180
Onderdruk
Bovendruk
Bloeddruk
Slide 3 - Question de remorquage
Afkorting voor bloeddruk
Millimeter kwikdruk
Hypotensie
Hypertensie
RR
MmHG
Lage Bloeddruk
Hoge Bloeddruk
Slide 4 - Question de remorquage
Slagaderverkalking
Manchet
Cardiovasculaire ziekten
Arteriosclerose
Stethoscoop
Hart en vaatziekten
Slide 5 - Question de remorquage
Meet de bloeddruk altijd handmatig bij cliënten met boezemfibrilleren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Meet de bloeddruk niet aan een arm met een wond, oedeem, verlamming, okselklierverwijdering of een infuusnaald.
A
Juist
B
Niet Juist
Slide 7 - Quiz
Iedere cliënt heeft zijn eigen normaalwaarde. Spreek met de arts af bij welke waarden overleg of directe melding nodig is.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Staan is een van de houdingen waarin bloeddruk betrouwbaar kan worden gemeten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Om een betrouwbare meting te doen laat je de cliënt eerst 5 min voorafgaand aan de meting zitten
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Je meet maximaal 5 keer de bloeddruk achter elkaar aan een arm
A
Juist
B
Onjuist
