H 3.3 Rekenen met breuken KGT boek

Wat gaan we deze les doen?

1 / 31

Slide 1: Diapositive

WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

La durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we deze les doen?

Slide 1 - Diapositive

Breuken optellen en aftrekken

Antwoorden:

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​} - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​} = \frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 0 ​} + \frac{​ 4 ​ ​}{​ 1 0 ​} = \frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 2 - Diapositive

Terugblik

- Ik weet dat 3 van de 4 stukken ook geschreven kan worden als ¾.

- Ik weet wat een teller, breukstreep en noemer is.

- Ik kan breuken vereenvoudigen.

Slide 3 - Diapositive

1/9 x 45

Slide 4 - Quiz

7/10 van 700

600

490

400

8,49

Slide 5 - Quiz

vereenvoudig 10/2

2 (1/10)

2/10

3/10

Slide 6 - Quiz

Rond af op twee decimalen
34,54427

34,54

34,55

Slide 7 - Quiz

Welk deel is hier gekleurd?

1/2

3/4

5/6

7/8

Slide 8 - Quiz

Welk deel is hier gekleurd?

1/2

3/4

5/6

7/8

Slide 9 - Quiz

Vereenvoudig de volgende breuk:
5/10

1/2

10/20

3/4

2/5

Slide 10 - Quiz

Vereenvoudig de volgende breuk:
8/12

1/2

2/3

2/6

16/24

Slide 11 - Quiz

Doelen van deze les

Ik kan gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar afhalen.

Ik kan helen uit een breuk halen.

Ik kan niet gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar afhalen.

Ik kan helen en breuken bij elkaar optellen van elkaar afhalen.

Ik kan een deel van een geheel uitrekenen.

Slide 12 - Diapositive

Breuken optellen (blz. 111 KGT boek)

Slide 13 - Diapositive

Breuken optellen en aftrekken

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​} - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​} =

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 0 ​} + \frac{​ 4 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

Slide 14 - Diapositive

Helen uit een breuk halen

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 5 ​} =

\frac{​ 2 7 ​ ​}{​ 8 ​} =

Slide 15 - Diapositive

Helen uit een breuk halen

Antwoorden:

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 5 ​} = 2 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 2 7 ​ ​}{​ 8 ​} = 3 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 8 ​}

Slide 16 - Diapositive

Optellen met helen en breuken

5 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 6 ​} + 1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} =

8 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​} + 2 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 6 ​} =

Slide 17 - Diapositive

Optellen met helen en breuken

Antwoorden:

5 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 6 ​} + 1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} = 5 \frac{​ 1 0 ​ ​}{​ 1 2 ​} + 1 \frac{​ 6 ​ ​}{​ 1 2 ​} = 6 \frac{​ 1 6 ​ ​}{​ 1 2 ​} = 7 \frac{​ 4 ​ ​}{​ 1 2 ​} = 7 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​}

8 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​} + 2 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 6 ​} = 8 \frac{​ 1 2 ​ ​}{​ 1 8 ​} + 2 \frac{​ 1 5 ​ ​}{​ 1 8 ​} = 10 \frac{​ 2 7 ​ ​}{​ 1 8 ​} = 11 \frac{​ 9 ​ ​}{​ 1 8 ​} = 11 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​}

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Aftrekken met helen en breuken

3 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 8 ​} - 1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} =

4 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 7 ​} - 2 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} =

Slide 20 - Diapositive

Aftrekken met helen en breuken

Antwoorden:

3 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 8 ​} - 1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} = 3 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 8 ​} - 1 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 8 ​} = 2 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 8 ​}

4 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 7 ​} - 2 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} = 4 \frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 8 ​} - 2 \frac{​ 2 1 ​ ​}{​ 2 8 ​} = 3 \frac{​ 3 8 ​ ​}{​ 2 8 ​} - 2 \frac{​ 2 1 ​ ​}{​ 2 8 ​} = 1 \frac{​ 1 7 ​ ​}{​ 2 8 ​}

Slide 21 - Diapositive

Aftrekken met helen en breuken (blz. 115 KGT boek)

Maken opdrachten 46

Klaar?

Opdrachten 47

Slide 22 - Diapositive

Huiswerk

Paragraaf 3.3 KGT;

opdracht 42, 43, 44, 45, 46 en 47

KLAAR? lezen blz. 116 deel van een geheel

Maken opdracht; 49 en 50 en 51

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Deel van een geheel

800 x =

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 25 - Diapositive

Deel van een geheel

Antwoorden:

800 x = 800 : 10 = 80 x 7 = 560

800 x = 800 : 10 = 80 x 3 = 240

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 26 - Diapositive

Deel van geheel (blz. 116 KGT boek)

Maken opdrachten 51

Klaar?

Opdrachten 49 en 50

Slide 27 - Diapositive

Doelen van deze les

Ik kan gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar afhalen.

Ik kan helen uit een breuk halen.

Ik kan niet gelijknamige breuken bij elkaar optellen en van elkaar afhalen.

Ik kan helen en breuken bij elkaar optellen van elkaar afhalen.

Ik kan een deel van een geheel uitrekenen.

Slide 28 - Diapositive

5/9 + 2/9

7/9

6/9

1 (2/9)

Slide 29 - Quiz

1(5/7) + 3/7

4/7

9/7

2(1/7)

1(8/7)

Slide 30 - Quiz

vereenvouding 40/80

1/2

20/40

10/20

Slide 31 - Quiz

H 3.3 Rekenen met breuken KGT boek

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Quiz

Plus de leçons comme celle-ci