16.3-2 Specifieke afweer en antistoffen deel 2 6V 2122

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

Paragraaf 1 Dierenwelzijn

16.3 verworven afweer en antistoffen  deel 2

Leerdoel 16.3 deel 2

• Je leert hoe B en T lymfocyten leren wat lichaamseigen en lichaamsvreemd is
• Je leert hoe er miljoenen verschillende antistoffen kunnen zijn

Begrippen

beenmerg, thymus (zwezerik), immunoglobulinen,

1

2

4

5

3

6

Ontwikkeling witte bloedcellen

• 25% van de witte bloed-cellen zijn lymfocyten,
• ontstaan uit dezelfde stamcel

Ontwikkeling witte bloedcellen

B cellen:

• ontstaan in het beenmerg.
• Rijpen in lymfeknopen.

NB:

• B cellen die kunnen binden aan lichaamseigen antigenen gaan dood.

Ontwikkeling witte bloedcellen

T cellen

• ontstaan in het beenmerg.
• Rijpen in de thymus.

NB:

• T cellen die kunnen binden aan lichaamseigen antigenen gaan dood.

Ontwikkeling witte bloedcellen

De thymus

• zit achter het borstbeen
• verschrompelt in de puberteit

Immunoglobulinen

B-cel met receptor

Plasmacel met antistoffen

• B-cel receptoren en antistoffen zijn eiwitten: immunoglobulinen

Immunoglobulinen

Immunoglobulinen

Immunoglobulinen

Door recombinatie een grote variatie aan antistoffen

Immunoglobulinen

Op tijdstip P wordt iemand geïnfecteerd met een ziekteverwekker. Op tijdstip Q treedt weer infectie op met dezelfde ziekteverwekker. De concentratie antistoffen in het bloed van deze persoon ondergaat hierdoor veranderingen. Welk diagram laat de verwachtte concentraties antistoffen zien?

1. Diagram 1
2. Diagram 2
3. Diagram 3
4. Diagram 4

Leerdoel16.3 deel 2

• Je hebt geleerd hoe B en T lymfocyten leren wat lichaamseigen en lichaamsvreemd is
  
• Je hebt geleerd hoe er miljoenen verschillende antistoffen kunnen zijn

Begrippen:

beenmerg, thymus (zwezerik), immunoglobulinen,

BINAS 16.3

BINAS 84I: Bloedcellen vorming

BINAS 84K: Antistoffen

BINAS 84L2 Humorale en cellulaire immuniteit

Huiswerk

• maak van 16.3 de opdrachten
• lees bs 16.4 door en maak al deels wat opdrachten