5.7 Sociaal gedrag

H5 Waarneming en gedrag
5.7: Sociaal gedrag
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

H5 Waarneming en gedrag
5.7: Sociaal gedrag

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les...
-Kun je benoemen wat sociaal gedrag is.
- Kun je het verschil benoemen tussen waarneming en uitleg van gedrag

Slide 2 - Diapositive

Leg in eigen woorden uit wat gedrag is.

Slide 3 - Question ouverte

Wat wordt bedoeld met aangeboren en aangeleerd gedrag?

Slide 4 - Question ouverte

Wat zijn prikkels?
A
Signalen die door het lichaam vervoerd worden.
B
Signalen die van buiten het lichaam komen.
C
Bijvoorbeeld dat je proeft of iets zuur is.
D
Een elektrisch signaal door het lichaam.

Slide 5 - Quiz

Sociaal gedrag
> Het gedrag van soortgenoten naar elkaar toe om te communiceren.

Een prikkel bij sociaal gedrag
noem je een signaal

> Een boks geven aan een ander
is een signaal, de ander geeft
een signaal (boks) terug.



Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Menselijk gedrag
Nadenken
Normen en waarden

Slide 8 - Diapositive

Menselijk gedrag
Normen: Gedragsregels die we belangrijk vinden, zoals niet stelen. 

Waarden: Dingen die we belangrijk vinden in het leven, zoals respectvol naar elkaar zijn en eerlijk.

Slide 9 - Diapositive

Waarneming en uitleg

Slide 10 - Diapositive

Waarneming en uitleg
Waarneming: Wat je ziet, de hond kwispelt.

Uitleg: Wat je denkt, bijvoorbeeld de hond is blij, of de hond probeert een vlieg weg te slaan.

Slide 11 - Diapositive

Zelfstandig werken
- Ga bezig met de opdrachten van 5.7.
- Klaar? Maak de test jezelf.

Succes!

Slide 12 - Diapositive

Karel ziet een hond aan een boom ruiken. Hij denkt dat de hond ruikt of er een andere hond was.

Is wat Karel denkt een waarneming of een uitleg?
A
Waarneming
B
Uitleg

Slide 13 - Quiz

Wat is sociaal gedrag?

Slide 14 - Question ouverte

Noem een voorbeeld van een signaal.

Slide 15 - Question ouverte