6.2 Nederlandse landschappen

6.2 Nederlandse landschappen
  1. Je kan het verschil tussen Hoog-Nederland en Laag-Nederland uitleggen.
  2. Je kan uitleggen hoe de heuvels in Limburg zijn gevormd.
  3. Je kan met behulp van de begrippen 'ontspringen', 'aftakkingen' en 'uitmonden' uitleggen hoe rivieren stromen.
  4. Je kan benoemen waar rivierklei de grondstof van is.
  5. Je kan uitleggen hoe de duinen en het zeekleilandschap zijn ontstaan door de zee en het ijs.
  6. Je kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen waarom Laag-Nederland een polderlandschap is geworden.
  7. Je kan aan de hand van historische voorbeelden verklaren waarom Nederland alleen nog maar een cultuurlandschap is.
  8. Je kan benoemen en verklaren welke typen landbouw voorkomen op de verschillende bodemsoorten van Nederland.
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6.2 Nederlandse landschappen
  1. Je kan het verschil tussen Hoog-Nederland en Laag-Nederland uitleggen.
  2. Je kan uitleggen hoe de heuvels in Limburg zijn gevormd.
  3. Je kan met behulp van de begrippen 'ontspringen', 'aftakkingen' en 'uitmonden' uitleggen hoe rivieren stromen.
  4. Je kan benoemen waar rivierklei de grondstof van is.
  5. Je kan uitleggen hoe de duinen en het zeekleilandschap zijn ontstaan door de zee en het ijs.
  6. Je kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen waarom Laag-Nederland een polderlandschap is geworden.
  7. Je kan aan de hand van historische voorbeelden verklaren waarom Nederland alleen nog maar een cultuurlandschap is.
  8. Je kan benoemen en verklaren welke typen landbouw voorkomen op de verschillende bodemsoorten van Nederland.

Slide 1 - Diapositive

hoog en laag Nederland

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Wat is de term die wordt gebruikt om het hogere deel van Nederland aan te duiden?
A
Midden Nederland
B
Boven Nederland
C
Laag Nederland
D
Hoog Nederland

Slide 6 - Quiz

Wat is de term die wordt gebruikt om het lagere deel van Nederland aan te duiden?
A
Midden Nederland
B
Hoog Nederland
C
Laag Nederland
D
Onder Nederland

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Löss 

Slide 9 - Diapositive



Löss en krijt komt alleen voor in zuid-Limburg

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Uitmonden
Aftakkingen
Ontspringen
Een splitsing van de rivier.
De plek waar een rivier begint.
Het eindigen van een rivier.

Slide 14 - Question de remorquage

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo