Listening & Reading B1 exam prep nog bewerken voor volgende week

Voorbereiding examen 
Engels B1 lezen/luisteren
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Voorbereiding examen 
Engels B1 lezen/luisteren

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Listening B1

Waar moet je op letten bij luistervaardigheid:

1. Lees de vraag (en eventuele meerkeuze antwoorden) goed

2. Maak slim gebruik van de informatie in de vraag

3. Als je luistert, zoek niet naar letterlijke vertalingen die je gehoord hebt. Zorg dat je de kern van het antwoord weet

4. Blijf luisteren, ook bij moeilijke stukken. Laat je niet afleiden door moeilijke woorden

5. Luister het hele fragment af, het antwoord kan in het laatste stukje zitten

Slide 3 - Diapositive

Phone call

Slide 4 - Diapositive

The delivery hasn't arrived yet
A
true
B
false

Slide 5 - Quiz

Andrea is having cash flow issues and needs a payment extension.
A
true
B
false

Slide 6 - Quiz

Andrea usually asks for an extension of the payment terms.
A
true
B
false

Slide 7 - Quiz

Andrea has a new order to place, even bigger than the last one.
A
true
B
false

Slide 8 - Quiz

Junko can extend the payment terms on the last order to 60 days
A
true
B
false

Slide 9 - Quiz

Junko will send Andrea an email confirmation.
A
true
B
false

Slide 10 - Quiz

1


  • Beeld vormen van de tekst. 
  • Met wat voor soort tekst heb je te maken? 
  • Is het een advertentie, een ingezonden stuk, een artikel, enzovoort?
voor het lezen

Slide 11 - Diapositive

  • Scannen: je moet zoeken naar bepaalde informatie. Als je dat gevonden hebt, hoef je de rest van de tekst niet te lezen.

  • Bij vragen naar bepaalde informatie, ga je scannen. Als de vraag bijvoorbeeld is hoeveel iets kost, ga je op zoek naar bedragen.
2
Leesstrategieën

Slide 12 - Diapositive

  • Intensief lezen: Hierbij neem je de tekst woord voor woord, regel voor regel, door.

  • Als er in een vraag regelnummers gegeven worden, is het vaak de bedoeling dat je de gehele alinea intensief leest. Dit geldt ook als er een alinea aangegeven is.
2
Leesstrategieën

Slide 13 - Diapositive

  • Bij meerkeuzevragen, staan de vragen gewoonlijk op volgorde van de tekst. Lees alleen de vraag en het stukje waar volgens jou het antwoord in staat. 

  • Probeer vervolgens zelf een antwoord te geven en vergelijk dat met de antwoorden die gegeven zijn. Kies dan het antwoord dat het meest op jouw antwoord lijkt. Kom je er niet uit, dan is het vaak een kwestie van een paar keer 'heen en weer' lezen.
2
Leesstrategieën

Slide 14 - Diapositive

Onbekende woorden
  • Bij lezen (en luisteren) heb je zelf geen invloed op de woorden die worden gebruikt. Je zult woorden tegenkomen die je niet kent. 

  • Als je te veel woorden niet kent (meer dan 10%), zul je moeite hebben met de tekst. Onbekende woorden hoeven echter niet altijd problemen op te leveren of opgezocht te worden in het woordenboek. 
2
Leesstrategieën

Slide 15 - Diapositive

Er zijn manieren om achter de betekenis van een woord te komen:
  • probeer de betekenis te raden door de hele zin goed te lezen.
  • kijk of het woord lijkt op een Nederlands woord of een andere taal die je kent.

  • Nee? lees verder 
2
Leesstrategieën

Slide 16 - Diapositive


Denk na of je dit woord echt nodig hebt om antwoord op de vraag te geven. 

  • Ja? zoek het woord op 
  • Nee? lees verder 
2
Leesstrategieën

Slide 17 - Diapositive

3
Signaalwoorden
Deze woorden geven verbindingen aan in te tekst. Zo geven ze je meer informatie over hetgeen dat gezegd wordt. 


Slide 18 - Diapositive

Wat zijn signaalwoorden?

Slide 19 - Question ouverte

Pitfalls Reading/Listening Exam
  • Valkuil 1: het staat wel in de tekst maar wordt niet gevraagd.
  • Valkuil 2: het is misschien wel zo, maar het staat er niet(eigen mening)
  • Valkuil 3: woorden uit de tekst... en dus... 

  • Het antwoord bevat vaak een synoniem of omschrijving van informatie in de tekst.  Wees altijd achterdochtig bij antwoorden die veel woorden uit de tekst bevatten.

Slide 20 - Diapositive