Voedsel op aarde

§8.3 Voedsel op aarde 
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

§8.3 Voedsel op aarde 

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
- Nakijken samenvatting paragraaf 1 + 2
- Herhalen paragraaf 3: voedselafdruk & duurzamere productie
- Uitleg: duurzamer consumptie

Slide 2 - Diapositive

Samenvattingen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo


Schaalvergroting
  • Grotere bedrijven, minder soorten gewassen (of 1 soort = monocultuur)
  • Voordeel:  minder verschillende machines nodig. Ook kennis van 1 product.
  • Gaat samen met intensivering:  zoveel mogelijk opbrengst te halen van een dier of een hectare grond. 
  • Nadeel: afname biodiversiteit: minder soorten planten en dieren op aarde. Gewassen of dieren waar we niets aan hebben, sterven uit.
Schaalvergroting
 Dit is makkelijk voor de
  boeren. Ze kunnen enorme
  stukken land in één keer
 oogsten. Alleen groeit
hier ook niks anders meer.
Zonder schaalvergroting
Hier groeien veel meer
soorten planten. Dit is goed  
voor de biodiversiteit, maar    
het werk van de boer    
wordt wel moeilijker  
en duurder

Slide 8 - Diapositive


Precisielandbouw of smart farming = zoveel mogelijk produceren, maar de impact op het milieu zo laag mogelijk houden.

Hoe zie je dit terug in het volgende filmpje? 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

Voedselcrisis
Voedselcrisis ➡ voedseltekorten en stijgende prijzen.
Er zijn 4 oorzaken:
1: de wereldbevolking groeit dus meer voedsel nodig
2: de verdeling van voedsel is ongelijk
3: door stijgende welvaart veranderen eetgewoonten --> westerse voedingspatroon.
4: duurzame energiebronnen worden gemaakt van eetbare gewassen.


Slide 11 - Diapositive

Duurzame voedselproductie 
Productie waarbij:
  • de grond niet uitgeput raakt. 
  • natuurlijke hulpbronnen niet opraken.
  •  de omgeving niet vervuild raakt
  • milieu niet aangetast wordt.

Slide 12 - Diapositive

Duurzame voedselproductie
Hoe?
1. Minder weggooien / geen verspilling
2. Ruimte besparen door voedselfabrieken te bouwen (bron 9)
3. Biologische landbouw (geen / minder kunstmest en bestrijdingsmiddelen gebruiken)
4. Minder vlees eten

Slide 13 - Diapositive

Duurzamer consumeren
1. Energie gebruiken die niet op kan gaan, minder verbruik grondstoffen.

Slide 14 - Diapositive

Duurzamer consumeren
2. Afval voorkomen, scheiden en recyclen
Recycling = van afval weer nieuwe materialen maken (hergebruik)

Voordelen van recycling:
Er worden minder grondstoffen uit de natuur gehaald.
Er hoeft minder afval verbrand te worden.


Slide 15 - Diapositive

Duurzaam consumeren
3. Geen vervuiling van de omgeving (lucht, water, bodem)

Slide 16 - Diapositive

Afronden paragraaf 3

Slide 17 - Diapositive