9.5: De Rechtszaak & 9.6: Preventie of repressie

Welke 3 mogelijkheden heeft de officier van justitie bij een zwaar misdrijf?
A
Halt-straf, bekeuring of een proces verbaal opstellen
B
de officier van justitie heeft geen mogelijkheden
C
Fouilleren, arresteren of je huis doorzoeken
D
Seponeren, strafbeschikking of de verdachte vervolgen
1 / 17
suivant
Slide 1: Quiz
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Welke 3 mogelijkheden heeft de officier van justitie bij een zwaar misdrijf?
A
Halt-straf, bekeuring of een proces verbaal opstellen
B
de officier van justitie heeft geen mogelijkheden
C
Fouilleren, arresteren of je huis doorzoeken
D
Seponeren, strafbeschikking of de verdachte vervolgen

Slide 1 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

9.5: De rechtszaak
Aan het einde van deze les ben je in staat uit te leggen hoe de Nederlandse rechtszaken gaan
Aan het einde van deze les kan je vertellen wanneer een persoon schuldig wordt bevonden

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

00:24
dagvaarding
een oproep om voor de rechter te verschijnen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

01:17
rechter
officier van justitie
advocaat
verdachte

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

stappen rechtszaak
1. rechter controleert gegevens verdachte
2. de officier van justitie leest de aanklacht voor
3. De rechter, officier en de advocaat stellen vragen aan de verdachte
4. getuigen worden opgeroepen en gehoord

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

stappen rechtszaak
5. officier van justitie legt uit waarom verdachte schuldig is + eist straf. 
6. advocaat schuldige verdedigt nog één keer tegen deze strafeis
7. schuldige zelf heeft het laatste woord
8. rechter spreekt vonnis uit

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3 vragen om schuld te bepalen: 
1. Gaat het om een strafbaar feit? 
2. Heeft de verdachte het gedaan? 
3. Is de verdachte strafbaar?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.6: Preventie of repressie
Aan het einde van de les kan je het doel van straffen benoemen. 
Aan het einde van de les kan je het verschil tussen repressie & preventie aanduiden.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat vind je van zonet genoemde taakstrafverbod?

Slide 11 - Carte mentale

note: mag ook positief zijn; 
soorten straffen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

doel van straffen
1. afschrikking
2. gedragsverbetering 
3. samenleving veiliger maken
4: Wetten & regels moeten worden nageleefd: we zijn een rechtsstaat
5. Het laatste doel: Wraak

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk bij elke 5 doelen minimaal 1 voorbeeld (schrijf je naam bij je antwoord, overleggen mag.)

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

criminaliteit verminderen
2 aanpakken: 
Repressie (onderdrukken)
Repressie is handelen ná het delict
preventie (voorkomen)
Preventie is handelen voor het delict

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

noem voorbeelden van repressie & preventie.

Slide 16 - Carte mentale

note: 
1. zet duidelijk neer of het gaat om repressie of preventie 
2. iedereen minimaal één voorbeeld van beide aanpakken. 
actualiteitentoets
- wolken in de politiek 
- besmettelijke ziekte
- overeenkomst FDF & XR
- kinderboeken
- computerchips
- grensoverschrijdend gedrag
- verbod minderjarigen? 
- timer voor jongeren?
- Nederland 10.000 jaar geleden

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions