Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
9.6 Preventie of Repressie
Slide 1 - Diapositive
Lesplanning
Terugblik (10 minuten)
Uitleg (10 min)
Zelfstandig werken (30 min)
Afsluiting (5 min)
Aan het eind van de les kan je vertellen welke manieren van stffen er zijn..
Slide 2 - Diapositive
Aan het einde van deze les...
weet je waarom we straffen
weet je welke soort straffen er zijn in NL
ken je de begrippen preventie en repressie
Slide 3 - Diapositive
9.5
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Terugblik vorige les
Slide 4 - Diapositive
Wat is een proces verbaal?
politie schrijft een proces verbaal
Bureau
HALT
officier van
justitie
Speciale straf
HALT
seponeren
wist je dat?
De officier van justitie het hoofd is van de politie. Alle zaken die de politie heeft is de officier verantwoordelijk voor.
strafbeschikking
vervolgen
Slide 5 - Diapositive
Belangrijkste personen
Deverdachte geholpen door een advocaat.
Deofficier van jusititie die wil bewijzen dat de verdachte schuldig is.
De rechterdie beslist of de verdachte schuldig is en wat voor straf hij krijgt.
Slide 6 - Diapositive
Wie is wie?
Verdachte
Rechter
Advocaat
Getuige(n)
Pers
Publiek
Officier van Justitie
Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek
Slide 7 - Diapositive
Zet het verloop van een rechtszaak in de goede volgorde
Uitspraak/ Vonnis
Advocaat houdt toespraak
Verhoor getuigen
Aanklacht
Opening
Verhoor verdachte
Officier van Justitie aan het woord
Laatste woord verdachte
Slide 8 - Question de remorquage
Welk begrip pas hierbij? De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
A
schikken
B
marchanderen
C
Vervolgen
D
seponeren
Slide 9 - Quiz
Verdachte
Rechter
Officier van justitie
Advocaat
Slide 10 - Question de remorquage
Wie klaagt de verdachte aan?
A
de rechter
B
de verdachte
C
de advocaat
D
de officier van justitie
Slide 11 - Quiz
Je mag niet liegen in de rechtszaal. Hoe heet dit strafbare feit?
A
Bestwil
B
Meineed
C
Smaad
D
Laster
Slide 12 - Quiz
Aanklacht
Pleidooi
Vonnis
Laatste woord
Rechter
Verdachte
Advocaat
Officier van justitie
Uitspraak
Slide 13 - Question de remorquage
Wat betekent Tbs?
A
Te betere stande
B
Ter beschikking stelling
Slide 14 - Quiz
Wat is het doel van TBS?
A
Wraak
B
Heropvoeden
Slide 15 - Quiz
Wat zijn de vereisten voor TBS?
A
Een persoon moet een ernstig misdrijf hebben gepleegd.
B
Een persoon moet jonger dan 18 jaar zijn.
Slide 16 - Quiz
Hoe lang kan TBS duren?
A
TBS duurt 10 jaar na vrijlating.
B
TBS duurt maximaal 5 jaar.
C
De duur van TBS kan onbeperkt zijn.
Slide 17 - Quiz
9.5
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Pak je boek blz. 150
Slide 18 - Diapositive
Soorten straffen
Hoofdstraffen:geldboete, gevangenisstraf of taakstraf
Bijkomende straf: straf die te maken heeft met het delict (rijbewijs inleveren of een beroepsverbod)
Maatregelen:TBS/schadevergoedingen
Slide 19 - Diapositive
Bijkomende straffen of maatregel
Naast de opgelegde straf kun je ook een bijkomende straf of maatregel krijgen.
Bijkomende straf: bijvoorbeeld een rijontzegging, gebiedsverbod of beroepsverbod.
Maatregel: bijvoorbeeld tbs of een schadevergoeding aan het slachtoffer.
Slide 20 - Diapositive
Een voorbeeld van een maatregel is
A
Geldboete
B
Gevangenisstraf
C
Taakstraf
D
Schadevergoeding betalen
Slide 21 - Quiz
Een voorbeeld van een bijkomende straf is
A
Rijontzegging
B
TBS
C
Taakstraf
D
Schadevergoeding betalen
Slide 22 - Quiz
Iemand die tot TBS veroordelen is een:
A
Hoofdstraf
B
Bijkomende straf
C
Maatregel
D
Voorwaardelijke straf
Slide 23 - Quiz
9.5
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Lezen 150
Het doel van straffen
Slide 24 - Diapositive
Het doel van straffen
Afschrikking
Verbeteren (heropvoeden)
De samenleving veiliger maken
Wraak (voor de slachtoffers)
Slide 25 - Diapositive
Wat is GEEN doel van straffen?
A
Vergelding en wraak
B
Genoegdoening
C
Samenleving veiliger
D
Samenleving moderniseren
Slide 26 - Quiz
Een winkeldief is voor de eerste keer gearresteerd en krijgt van de rechter een voorwaardelijke celstraf. Welke doelen spelen hierbij een belangrijke rol?
A
Vergelding en afschrikking
B
Beveiliging van de samenleving en vergelding
C
Wraak en vergelding
D
Beveiliging van de samenleving en afschrikking
Slide 27 - Quiz
Wat is hier het doel van de straf?
' Een automobilist drinkt teveel, hierdoor wordt zijn rijbewijs een half jaar afgepakt '
A
Afschrikking van de dader
B
Afschrikking van anderen
C
Beveiliging van de samenleving
D
Wraak of vergelding
Slide 28 - Quiz
Aan de slag!
Bladzijde 184 & 185 werkboek
Vraag 1 t/m 8
Klaar? Verder werken in 9,6 (t/m blz. 87)
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Vidéo
9.5
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Lezen 150
Criminaliteit verminderen
Slide 31 - Diapositive
Criminaliteit verminderen
Rechters kunnen meer taakstraffen opleggen. Leer- en werkstraffen zorgen ervoor dat daders zich beter gaan gedragen.
Door meer toezicht en een grotere sociale controle komen daders minder snel in de verleiding.
Dit noemen we preventie.
Slide 32 - Diapositive
Preventie of repressie
Verschillende ideeën om criminaliteit aan te pakken:
Preventie: voorkomen van de misdaad-> denk aan de risicofactoren!
Repressie: handelen na de misdaad
Slide 33 - Diapositive
Repressie
Repressie: Onderdrukken. handelen na het delict.
Langere celstraf
Extra agenten
Meer geld voor justitie
Politiek: VVD, PVV en FvD.
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Vidéo
Preventie
Preventie: Het voorkomen van criminaliteit. handelen vóór het delict.
Armoedebestrijding
Hulp aan jonge criminelen
leer- en werkstraffen
Maatregelen tegen schooluitval
Politiek: Groenlinks, Pvda en D66
Slide 36 - Diapositive
Helpen hogere straffen?
''Alle veroordeelden die een celstraf hebben gekregen, gaat bijna 50% binnen twee jaar opnieuw de fout in'' (blz. 151)
Wat vind jij?
Slide 37 - Diapositive
Aan de slag!
Afmaken paragraaf 9.6 (185 t/m 187)
Nakijken H9 (antwoorden staan op Magister bij Huiswerk)