7.2 Aan de leiband van Moskou

7.2 Aan de leiband van Moskou
Hoe gingen de landen in Oost-Europa deel uit maken van het communistische Oostblok en welke gevolgen had dat voor de inwoners van die landen?
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

7.2 Aan de leiband van Moskou
Hoe gingen de landen in Oost-Europa deel uit maken van het communistische Oostblok en welke gevolgen had dat voor de inwoners van die landen?

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
- De leerling kan benoemen wie er bedoeld worden met het Rode Gevaar/Red Scare.
- De leerling kan het begrip satellietstaten uitleggen en toepassen.
- De leerling kan het begrip Goelag Archipel uitleggen.
- De leerling kan kenmerken van communistische partijen (in Oost-Europa) herkennen en benoemen.
- De leerling kan het begrip destalinisatie uitleggen   en toepassen.
- De leerling kan de overeenkomsten en verschillen tussen de Hongaarse Opstand en Praagse Lente herkennen en benoemen.
- De leerling kan de Brezjnevdoctrine uitleggen en toepassen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

IJzeren Gordijn

Berlijnse Muur

Slide 4 - Question de remorquage

Het militair bondgenootschap van de Sovjet- Unie en de Oostbloklanden uit 1955 noemen we:
A
Marshallplan
B
Koude Oorlog
C
Bezettingszones
D
Warschaupact

Slide 5 - Quiz

Noem de naam en bijbehorende jaartallen van tijdvak 10.

Noem twee kenmerkende aspecten passend bij dit hoofdstuk.

Slide 6 - Question ouverte

In West-Europa werd op radio en tv en in kranten en posters gewaarschuwd voor de gevaren die van het communisme zouden uitgaan.
In het Westen bestond een grote angst voor ‘het Rode Gevaar’. De voormalige Britse premier, Winston Churchill, wond er in zijn toespraak waarin hij het begrip IJzeren Gordijn lanceerde, geen doekjes om.

Slide 7 - Diapositive

Een geruïneerd land
Er was enorm veel tijd nodig om het land te herstellen na de oorlog 

De verwoestingen waren enorm:
  •  6 miljoen huizen en gebouwen, 31.850 fabrieken, 65.000 km spoorlijn, 90.000 km verkeerswegen, 90.000 bruggen, 10.000 elektrische centrales, 1135 kolenmijnen, 98.000 collectieve boerderijen en 40.000 ziekenhuizen.
  • Maar boven alles was de tol die de Sovjet-Unie aan mensenlevens moest betalen erg hoog: er zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog ongeveer 24 miljoen slachtoffers gevallen, waarvan elf miljoen militairen en dertien miljoen burgers.


Slide 8 - Diapositive

Wat is het Rode Gevaar?
A
Angst voor communisme
B
Angst voor de dood
C
Angst voor atoomoorlog
D
Angst voor Amerika

Slide 9 - Quiz

Stalins doelen:
  • Een herhaling van de onbeschrijflijke ramp van WOII voorkomen én 
  • De tijd en middelen krijgen voor de wederopbouw van de Sovjet-Unie.

Hoe? 
Oost-Europese landen werden satellietstaten van de Sovjet-Unie. Zij kregen de rekening van de wederopbouw.  

Slide 10 - Diapositive

Satellietstaten
Staten die politiek, economisch en militair onder controle staan en afhankelijk zijn van een ander land. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

a. Wat zijn Stalins doelen?
b. Hoe wil hij deze doelen bereiken?

Slide 13 - Question ouverte

Statelietstaten zijn...
A
Staten die slechts politiek onder controle staan van de Sovjet-Unie
B
Staten die volledig onder controle worden gehouden door het kapitalistische westen
C
Staten die politiek , economisch en militair onze controle staan van de Sovjet -Unie
D
Staten die zelfstandig hun eigen keuzes mogen maken.

Slide 14 - Quiz

Wie moet betalen?
Russische satellietstaten betalen de wederopbouw. 

Communistische Partijen hadden de macht in Hongarije, Joegoslavië etc --> Oostbloklanden.

Tegenstanders werden gedeporteerd naar de Goelag Archipel.

Slide 15 - Diapositive

De Goelag Archipel





Het communistische regime duldde geen tegenspraak.
In 1953 zaten 2,4 miljoen Sovjet- Burgers in de Goelag, grote strafkampen




Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

De communistische partijen konden – zowel in de Sovjet-Unie als in de Oost-Europese satellietstaten – alleen via heel veel propaganda en met terreur aan de macht blijven.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Stalin overleed in 1953
Hij werd opgevolgd door Nikita Chroesjtsjov

Slide 20 - Diapositive

Stalin ontmaskerd
1956: Stalin wordt door Chroestsjov beschuldigd van machtsmisbruik, persoonsverheerlijking en blunders op politiek, militair en economisch terrein. 


Destalinisatie : Gedenktekens van Stalin verwijderd en naam verdween uit geschiedenisboeken. ''Begin van de dooi''. 

Slide 21 - Diapositive

Hongaarse Opstand 1956
Praagse Lente 1968

Slide 22 - Diapositive


De Hongaarse Opstand
1956

  • Sommige landen in het Oostblok dachten dat ze hierdoor meer vrijheid hadden, bijvoorbeeld Hongarije. 
  • Dit bleek niet waar: de Hongaarse opstand (1956) werd keihard door de Sovjet-Unie neergeslagen.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

De Praagse Lente
1968: De Praagse Lente. 

Regering (Dubçek) van Tsjechoslowakije wilde een hervormingsgezinde koers. --> ''socialisme met een menselijk gezicht''.  Hij streefde naar een democratische en meer liberaal communisme. 

Hij kreeg géén ruimte van het Grote Rusland. Eind augustus maakten troepen van het Warschaupact hier een einde aan. 

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Brejznevdoctrine
  • Nieuwe leider van de Sovjet-Unie: Brezjnev
  • Landen die bij het communisme hoorden, mochten niet een eigen weg inslaan en zouden daarvoor hard worden aangepakt.
  •  ‘Broederlijke solidariteit’ was belangrijker dan ‘nationale solidariteit’.
  • Er valt een vergelijking te maken met de containmentpolitiek/ Trumandoctrine. Hoe?

Slide 27 - Diapositive

Noem een belangrijk verschil tussen de Hongaarse Opstand en de Praagse Lente.

Slide 28 - Question ouverte

Noem twee belangrijke overeenkomsten tussen de Hongaarse Opstand en de Praagse Lente.

Slide 29 - Question ouverte

Brezjnevdoctrine is...
A
Politiek van de Sovjet-Unie waarbij landen mochten ingrijpen wanneer een land het Warschaupact wil verlaten.
B
Hulpprogramma van de Amerikanen om Europa na de Tweede Wereldoorlog weer op de been te brengen.
C
Politiek waarbij het Westen ieder land mocht steunen tegen het communisme.
D
Een einde maken aan alles wat aan Brezjnev herinnerd.

Slide 30 - Quiz

Begrippenlijst
Satellietstaten: Staten die politiek, economisch en militair volledig onder controle staan en afhankelijk zijn van een ander land.

Goelag Archipel: Verzamelnaam voor een groep moeilijk toegankelijke strafkampen in de Sovjet-Unie.

Destalinisatie: In 1956 maakte Chroesjtsjov een einde aan de enorme persoonsverheerlijking van Stalin, wat ook leidde tot een (tijdelijke) vermindering van de spanning tussen Oost en West.

Brezjnevdoctrine: In 1968 gelanceerde politiek waardoor de Sovjet-Unie in een Oostblokland mocht ingrijpen als dat land uit het Warschaupact wilde stappen of de greep van de Communistische Partij wilde verslappen.

Slide 31 - Diapositive

Antwoord op de deelvraag: Hoe gingen de landen in Oost-Europa deel uitmaken van het communistische Oostblok en wat waren de gevolgen daarvan voor de inwoners van die landen?
De Sovjet-Unie had in 1945 reden om zich zorgen te maken over het voortbestaan van het land en de veiligheid van haar inwoners. Om die reden hechtte Stalin er grote waarde aan om aan de westgrens van de Sovjet-Unie een stevig cordon (verdedigingslinie)van bevriende staten te krijgen. Deze landen kregen in korte tijd allemaal een communistische regering en werden satellietstaten van de Sovjet-Unie. Het was de Oost-Europese landen niet toegestaan om een koers te volgen die afweek van de lijn die vanuit Moskou werd voorgeschreven. Als zij dit toch probeerden, zoals Hongarije in 1956 of Tsjecho-Slowakije in 1968, dan werd dit met harde hand de kop ingedrukt.

Slide 32 - Diapositive

Huiswerk
Maken van 7.2:
H3: Opdracht 4, 6, 7, 8, 11, 12a
Klaar? Lees 7.3 en schrijf vragen op over wat je niet goed van de theorie begrijpt

Slide 33 - Diapositive