Introductie les

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Kracht en beweging

Onderwerpen 

• Gemiddelde snelheid (m/s of km/h).
• Gevolgen van krachten op een voorwerp (versnellen/vertragen).
• Verschillende krachten.
• Zwaartekracht berekenen.
• Krachten tekenen.
• Formule voor versnellen/vertragen.
• Formule voor afgelegde weg.
• 2e wet van Newton (F=m . a)
• Druk op de ondergrond kunnen berekenen. (P=F/A)

Paragraaf 1

• Verschillende soorten krachten kennen en herkennen.
• Vectoren kunnen tekenen en de resultante kunnen bepalen.
• Mee en tegenwerkende krachten kunnen interpreteren.
• De plus doen we niet!

Paragraaf 2

• x,t / v,t diagram kunnen maken en aflezen
• Soorten beweging in x,t/v,t diagrammen kunnen herkennen.
• Versnellen en vertragen kunnen berekenen.
• Omrekenen van km.h^-1 <=> m.s^-1 ..
• Gemiddelde snelheid kunnen berekenen.
• Afstand bepalen uit een v.t diagram
• De plus doen we niet!

Paragraaf 3

• Het begrip traagheid kennen.
• De formule F=m.a kennen (lijkt op F=m.g)
• Wederom de plus doen we niet!

Paragraaf 4

• De stopafstand kunnen berekenen
• Afstand uit de oppervlakte van een v,t diagram kunnen berekenen.
• Veiligheidsvoorzieningen van een auto kennen.
• De druk onder iets kunnen berekenen.

Formules!

1. a = ∆v / ∆t
2. F = m . a     ( lijkt op F = m . g )
3. s =  v_gem . t
4. p = F / A
5. s_stop = s_reactie + s_remweg
6. LET OP HOOFDLETTERS en kleine letters!!!!!!!!! 

Voorbeeld 1 Gemiddelde snelheid

• Stel dat een auto een afstand van 100 kilometer aflegt in 2 uur, dan is de gemiddelde snelheid:
  
• Dan is de gemiddelde snelheid 50 km/uur.
• Gemiddelde snelheid = afstand / tijd 
• vgem = s / t 

Voordbeeld 2 Zwaarte kracht.

• Stel dat we een object met een massa van 10 kg op aarde hebben. 
• De versnelling als gevolg van de zwaartekracht op aarde is 9,81 m/s². 
• De kracht die op het object wordt uitgeoefend als gevolg van de zwaartekracht is dan:
  
• m=10 kg ; g= 9,81 m/s² 
• Fz = m . g  
• Fz = 10 . 9,81 
• Fz = 98,1 N

Voorbeeld 3 krachten.

• Bereken de resultante op de fietser.

1. Fv = 690 N ; Fa = 450 N
2. Fr = Fv - Fa
3. Fr = 690 - 450
4. Fr = 240 N

Voorbeeld 4 x,t diagrammen

• Een xt diagram noemen we ook wel afstand-tijd diagram.
• Een grafiek van positie (x) tegen tijd (t).
• Gebruikt om beweging te visualiseren.
• Kan snelheid en versnelling berekenen op verschillende momenten.

constante beweging

Voorbeeld 5 v,t diagrammen

• Een vt diagram noemen we ook wel snelheid-tijd diagram.
• Een grafiek van snelheid (v) tegen tijd (t).
• Gebruikt om beweging te visualiseren.
• Kan versnelling en verplaatsing berekenen op verschillende momenten.

constante beweging

Wat is de betekenis van een vt diagram?

1. Een grafiek van snelheid tegen tijd
2. Een grafiek van versnelling tegen tijd
3. Een grafiek van kracht tegen afstand
4. Een grafiek van positie tegen tijd

Wat is de betekenis van een xt diagram?

1. Een grafiek van snelheid tegen tijd
2. Een grafiek van versnelling tegen tijd
3. Een grafiek van kracht tegen afstand
4. Een grafiek van positie tegen tijd

Welke diagrammen zijn dezelfde soort beweging?

Wat is de versnelling als gevolg van de zwaartekracht op aarde?

1. Het wordt niet gegeven
2. 10 kg
3. 9,81 m/s²
4. 98,1 N

Wat is de resultante op een fietser als de voorwaartse kracht 600 N is en de weerstandskracht 250 N is?

1. 450 N
2. 600 N
3. 200 N
4. 350 N

Wat is de kracht die op een object met een massa van 5 kg wordt uitgeoefend als gevolg
van de zwaartekracht op aarde?

1. 49,05 N
2. 5 N
3. 10 N
4. 50 N

Wat is de massa van het object?

1. Het wordt niet gegeven
2. 98,1 N
3. 9,81 m/s²
4. 10 kg

Wat is de kracht die op het object wordt uitgeoefend als gevolg van de zwaartekracht?

1. 9,81 m/s²
2. 10 kg
3. Het wordt niet gegeven
4. 98,1 N

Een auto rijdt met een gemiddelde snelheid van 60 km/uur. Hoe lang doet hij erover om 180 kilometer af te leggen?

1. 3 uur
2. 2 uur
3. 4 uur
4. 6 uur

Als een auto een afstand van 120 kilometer aflegt in 3 uur, wat is de gemiddelde snelheid?

1. 30 km/uur
2. 50 km/uur
3. 40 km/uur
4. 60 km/uur

Een auto legt 250 kilometer af in 5 uur. Wat is de gemiddelde snelheid?

1. 25 km/uur
2. 50 km/uur
3. 200 km/uur
4. 100 km/uur

Wat is de afstand die een auto aflegt als hij 2 uur lang met een gemiddelde snelheid van 70 km/uur rijdt?

1. 210 km
2. 35 km
3. 105 km
4. 140 km

Wat is de gemiddelde snelheid van een auto die 80 km aflegt in 1 uur?

1. 120 km/uur
2. 40 km/uur
3. 80 km/uur
4. 60 km/uur

Hoe beweegt de fietser?

1. Versneld
2. Eenparig
3. Vertraagd
4. Niet

Een voorwerp ondervindt twee krachten, F1 = 15 N en F2 = 20 N. Wat is de resulterende kracht op het voorwerp als de krachten in dezelfde richting werken?

1. 5 N
2. 15 N
3. 11 N
4. 35 N

Een voorwerp van 2 kg ondervindt een kracht van 10 N naar rechts en een kracht van 5 N naar links. Wat is de resulterende kracht op het voorwerp?

1. 5 N naar beneden
2. 5 N naar boven
3. 5 N naar links
4. 5 N naar rechts

Een voorwerp ondervindt twee krachten, F1 = 10 N en F2 = 5 N, die haaks op elkaar staan. Wat is de resulterende kracht op het voorwerp? TIP!!! wiskunde

Huiswerk!

Lezen en maken §4.1