Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Hoe voel je je vandaag?
😒🙁😐🙂😃
Slide 1 - Sondage
Hoofdstuk 7 | Ruilen over tijd
7.1 Tijd is geld
7.2 Ondernemingen in de tijd
7.3 Later is allang begonnen
7.4 De overheid en de toekomst
7.5 Inzicht (zelf doen)
7.6 Rekenen met indexcijfers
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen van de 2 lessen:
Je kunt toelichten dat mensen tijdens hun leven verschillende financiële beslissingen nemen
Je kunt met voorbeelden uitleggen wat ruilen over de tijd is.
Slide 3 - Diapositive
https:
Slide 4 - Lien
7.1 Welke financiële beslissingen neem je?
In je leven doorloop je verschillende fases.
Samen vormen deze levensfases je levensloop.
Levensloop:
Verloop van je leven. Tijdens je leven neem je verschillende financiële beslissingen.
Slide 5 - Diapositive
Nu of later geld uitgeven?
Ruilen over de tijd
Sparen: je stelt je consumptie uit
Lenen: je vervroegt je consumptie
De prijs die je hiervoor betaalt (de prijs van de tijd) is rente
Ruilen over de tijd:
Hiervan is bijvoorbeeld sprake als iemand zijn
consumptie betaalt met geleend geld
Slide 6 - Diapositive
Wat is een levensloop?
A
Verloop van je leven.
Tijdens je leven neem je beslissingen
B
Verloop van je leven. Tijdens je leven neem je verschillende financiële beslissingen
C
Verloop van je leven.
Hoe je consumeert
D
Verloop van je leven.
Hoe je consumeert en nadenkt over de toekomst
Slide 7 - Quiz
Geef de definitie van Ruilen over de tijd:
Slide 8 - Question ouverte
Rekenvaardigheden: Formule indexcijfers
Indexcijfers = nieuw getal : getal basisjaar x 100
Basisjaar is een liter benzine € 1,71.
Drie jaar later is de prijs € 1,84.
Bereken het indexcijfer van het 3de jaar
Slide 9 - Diapositive
Bereken het nieuwe indexcijfer In het basisjaar is een liter benzine € 1,71. Drie jaar later is de prijs € 1,84
Slide 10 - Question ouverte
Rekenvaardigheden
Rentebedrag berekening
Rente percentage x leenbedrag x totale periode= Rente bedrag
Van de rente eerst een Perunage = kommagetal maken
Delen door 100
Voorbeeld 6% = 6/100
Dus 6% = 0,06
Slide 11 - Diapositive
Rente x Totale periode x Leenbedrag = Rente bedrag
Ik leen €1.900 tegen 3% rente. Het geleende geld los ik na 5 jaar af. Tussentijds los ik niets af. Bereken: Hoeveel euro moet ik tijdens deze periode aan rente betalen
Slide 12 - Question ouverte
Rente x leenbedrag x totale periode= Rente bedrag
Ik leen € 1.900 tegen 3% rente. Het geleende geld los ik na 5 jaar af. Tussentijds los ik niets af.
Bereken hoeveel euro moet ik tijdens deze periode aan rente betalen
Slide 13 - Diapositive
Maken opdracht 1 t/m 6
Maken:
Opdracht 1 t/m 6 blz. 184 en blz. 185 15 min.
Slide 14 - Diapositive
Wat hebben we geleerd 1 les:
Je kunt toelichten dat mensen tijdens hun leven verschillende financiële beslissingen nemen
Je kunt met voorbeelden uitleggen wat ruilen over de tijd is.
Slide 15 - Diapositive
Wat zijn voorbeelden van ruilen over de tijd? Meerdere antwoorden mogelijk
A
Geld sparen voor later
B
Geld lenen om nu de auto kopen
C
Geld lenen om je studie te kunnen betalen
D
A, B en C zijn goed
Slide 16 - Quiz
Maak de levensloop
Hypotheek
Lenen voor studie
Pensioenopbouw
Sparen tijdens je jeugd
Levensloop: 67 jaar
Slide 17 - Question de remorquage
Leerdoel van de 2de les:
Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een stroomgrootheid en een voorraadgrootheid.
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Sleep de zinnen naar de juiste grootheden
Voorraadgrootheden
Stroomgrootheden
Totale inkomsten van je bijbaan
Je bekijkt het saldo op je betaalrekening
Een ondernemer berekent de winst
Je berekent hoeveel geld je moet aflossen op je studielening
Slide 20 - Question de remorquage
Maken opdracht 1 t/m 6
Maken:
Opdracht 7 t/m 9 blz. 186 en blz. 187 10 min.
Slide 21 - Diapositive
Wat hebben we geleerd 2de les:
Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een stroomgrootheid en een voorraadgrootheid.