LUK 3_Medisch rekenen_les 4_Voeding en vocht

• Wiskunde
• HBO
• Studiejaar 1

LUK 3_Medisch rekenen_ Voeding en vocht

LUK 3 

Week 4

4e bijeenkomst 

Medisch Rekenen

Agenda
Introductie	Aanwezigheidsregistratie (10 min)
	Uitleg berekenen BMI/vochtbalans (20 min)
	Zelf oefenen met BMI/vochtbalans (50 min)
	Peercoach is aanwezig voor extra ondersteuning
	Doe de extra oefeningen in Iqualify
Afsluiting	Proces- en productevaluatie

Afspraken tijdens de responsiecolleges

• De klas wordt ingericht in groepen 
  
• Degene die goed zijn in medisch rekenen helpen hun collega's
• Er heerst rust tijdens de responsiecolleges
• Toch behoefte om veel lawaai te maken? Trek je dan terug buiten het leslokaal, wees de wijste...
• Heb je meer ondersteuning nodig? Peercoaches kunnen uitkomst bieden!

Tips

•  Kladblaadjes gebruiken!!
• Berekening meenemen!
• Rekenmachine gebruiken 
• Diagnostische toets gemaakt? Schrijf de vragen op die je niet goed hebt!

Na de sluitingsdatum kun je zelf de toets niet meer inzien, maar in de les kan de docent deze wel op het bord tonen wanneer je een vraag stelt.

Voorwaarden

Deelname  eerste medisch rekentoets 

1. Aanwezigheidsplicht van 80% van de 6 bijeenkomsten = 4,8 lessen -> 5 dus

2. Maken van een diagnostische oefentoets per week (in week 3.1 t/m week 3.6). Totaal dus 6..... of 

3. je bent bij 80 % van de bijeenkomsten aanwezig geweest of

4. je hebt de diagnostische toets steeds goed gemaakt (17 vragen of meer goed)

Oefening herhaling les gassen

De druk in de cilinder zal om 15.45 uur

1. 79 bar
2. 83 bar
3. 84 bar
4. 90 bar

Antwoord

Stap 1: Bereken beschikbare hoeveelheid zuurstof: druk = 125 bar, inhoudsmaat = 25 liter 

Dus in de fles zit: 125 x 25 = 3125 liter zuurstof.

Stap 2: Hoeveel minuten wordt zuurstof toegediend? Van 11:30 tot 15:45 uur = 4 uur en 15 minuten. 4 uur x 60 min = 240 minuten + 15 minuten = 255 minuten.

Stap 3: Hoeveel liter krijgt iemand totaal? Mevrouw krijgt 4 Liter per minuut, dit is in 255 minuten dus 4 x 255 = 1020 liter.

Stap 4: Hoeveel liter blijft er over in de cilinder? In het begin was er 3125 liter beschikbaar, hier is nu 1020 liter uitgestroomd. Er blijft dus 3125 – 1020 liter = 2105 liter over in de cilinder.

Stap 5: Wat is de druk? Formule = beschikbare inhoud fles / inhoudsmaat = druk

2105 / 25 = 84,2 bar. Afgerond dus 84 bar.

Oefening herhaling les infusie

Antwoord

Stap 1: Bepaal het aantal minuten dat iemand infuus heeft gehad. Het infuus liep 45 minuten.

Stap 2: Bepaal hoeveel ml iemand gehad heeft. 42 ml per uur. 45 minuten is gelijk aan 45/60 = 0,75 uur. De patiënt kreeg dus 0,75 x 42 = 31,5 ml.

Stap 3: Bepaal hoeveel medicijn aanwezig is in 1 ml (meestal in mg) = 2 mg / ml, dus 2 mg.

Stap 4: Gebruik de formule V / A = B. Het voorschrift is hier 4 mg. 4 / 2 = 2 ml benodigd.

Stap 5: Bereken de totale inhoud van je infuuszakje. 50 ml NaCl 0,9% + 2 ml Ondansetron, dus 50 + 2 = 52 ml.

Stap 6: Bepaal hoeveel medicijn aanwezig is in 1 ml van je infuuszakje 4 mg opgelost in 52 ml. Dus in 1 ml zit 4 / 52 = 0,0769…… mg.

Stap 7: Bereken het aantal mg dat iemand heeft gehad. 31,5 ml gehad, in elke ml zat 0,0769…… mg. Dus totaal 31,5 x 0,0769…… = 2,423… mg. Afgerond op 2 decimalen maakt 2,42 mg.

Antwoord

Stap 1: Bepaal het aantal minuten dat iemand infuus heeft gehad: 

05.45 - 06.30 uur = 45 minuten.

Stap 3: Bepaal hoeveel medicijn aanwezig is in 1 ml: ampul van 2 ml met 2 mg per ml. In de ampul : 2 ml / 4 mgr ondansetron

Stap 4: wat is het voorschrift? Het voorschrift is 4 mg 1 x per dag. Je hebt dus een volledige ampul nodig van 2 ml/ 4 mgr

Stap 5: Bereken de totale inhoud van je infuuszakje: 50 ml NaCl 0,9% + 2 ml Ondansetron, dus 50 + 2 = 52 ml.

Stap 7: Bereken het aantal mg dat iemand heeft gehad. 31,5 ml gehad, in elke ml zat 0,0769…… mg. Dus totaal 31,5 x 0,0769…… = 2,423… mg. Afgerond op 2 decimalen maakt 2,42 mg.

Antwoord Vervolg

Stap 6: Bepaal hoeveel medicijn aanwezig is in 1 ml van je infuuszakje van 52 ml NaCl 0,9% + 4 mgr ondansetron

4 mgr | 52 ml

4 : 52 = 0,0769... mgr |1 ml 

Stap 7: Bereken het aantal mg dat iemand heeft gehad. 

42 ml | 60 min (pomp stand)

0,7 ml | 1 min

0,7 x 45 min=31 min. 30 sec. 31,5 ml | 45 min is gegeven aan de patient

Patient heeft 31,5 ml gehad, 

1 ml bevat 0,0769... mg. 

Totaal heeft patient gehad: Dus 31,5 ml x 0,0769…… mg = 2,423… mg. Afgerond op 2 decimalen maakt 2,42 mg.

Thema's medisch rekenen

1. Infusie en transfusie

2. Voeding en vocht

3. Vloeibare medicatie

4. Vaste medicatie

5. Gassen

vragen over voeding en vocht

1. BMI berekenen
2. Vochtbalans

BMI

• formule = gewicht in kilogram delen door lengte in meters in het kwadraat 
• = kg/m2

Vochtbalans

= verschil tussen hoeveelheid vocht die een patiënt opneemt en uitscheidt over een bepaalde periode

opname: oraal/per os (drinken), sondevoeding, infuus

uitscheiding: urineren, braken, drainvocht, transpiratie, eventueel ontlasting 

positief vochtbalans: meer opname dan uitscheiding -> (+) aangeduid

negatief vochtbalans: meer uitscheiding dan opname -> (-) aangeduid

Samen oefenen: BMI

De heer Holkenborg is 47 jaar, 180 cm lang en weegt 138 kilo.

1. Wat is zijn BMI? 
2. Heeft hij een gezond BMI ( vermeld je bron)? 

Antwoord

Vraag 1: De Body Mass Index (BMI) wordt berekend door het lichaamsgewicht in kilo’s te delen door het kwadraat van de lengte in meters. Het lichaamsgewicht is gegeven: 138 kg. De lengte in meters is 1,8 meter.

• Het kwadraat van de lengte in meters is 1,8 x 1,8 = 3,24 .

• 138 : 3,24 = 42,5925925925926.

• Normaal afronden op één cijfer achter de komma geeft 42,6 kg/m2

Vraag 2: Nee, voor volwassenen van 19 tot en met 69 jaar ligt een gezonde BMI tussen de 18,5 en de 25. 

Samen oefenen: vochtbalans

Bij mevrouw Van den Velde werd vandaag gedurende 24 uur een vochtbalans bijgehouden. In deze 24 uur zijn de volgende gegevens vastgelegd:

• Mevrouw heeft 1500 ml gedronken.
  
• Mevrouw kreeg gedurende 4 uur een infuus dat over een pomp liep. De pomp stond ingesteld op 63 ml per uur.
  
• De drain van mevrouw heeft 175 ml geproduceerd.
  
• Bij de start van de vochtbalans is er een nieuwe katheterzak aangehangen. Bij het afsluiten van de vochtbalans bevatte de opvangzak 950 ml.
  
• Via de maaghevel is vandaag 250 ml vocht afgelopen. Bereken de vochtbalans voor mevrouw van den Velde in deze 24 uur op basis van bovenstaande gegevens.
  

Vul bij een negatieve vochtbalans een minteken in voor je antwoord.

Antwoord

Stap 1: hoeveel heeft mevrouw ingenomen (intake)?

• Gedronken: 1500 ml
  
• Infuus: 63 ml | per uur -> 63 x 4 =252 ml |4 uur
• Totaal intake: 1752 ml

Stap 2: hoeveel is er uit gegaan? 

• Drain productie: 175 ml
• Urineproductie: 950 ml
• Maaghevel : 250 ml 
• Totaal uit: 1375 ml

Mevrouw heeft een positieve balans van 1752 - 1375 ml = 375 ml

Zelf aan het werk.....