2BKA - HIN Cursus Taal §4 achter- en voorvoegsel

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Fijn dat je er bent!
Pak je boek voor op blz 90(b) en 92 (k), je  schrift,
pen en log in op deze LessonUp. 

Leg je gemaakte huiswerk voor je op tafel. 

timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

Welkom bij het vak Nederlands
  • Telefoon in de tas, jas op de kapstok
  • We gaan direct op onze eigen plek zitten
  • Niet naar de wc tijdens de les, alleen bij hoge nood
  • Stil is ook stil.  Steek je hand wanneer je wat wilt vragen
  • Zitten volgens plattegrond (mits aanwezig) 
  • Luisteren naar elkaar als iemand anders aan het woord is 
  • Luisteren naar de docent als de docent aan het woord is



Slide 3 - Diapositive

Vandaag
  • Huiswerkcontrole
  • Herhaling vorige les 
  • Uitleg voor- en achtervoegsels
  • Zelfstandig aan de slag met opdracht 1, 2 en 3  
  • Nakijken huiswerk  
  • Maak de extra opdrachten online 

Slide 4 - Diapositive

Even checken: 
Wat moet je verplicht meenemen voor iedere les:
  • Lesboek 
  • iPad 
  • Schrift
  • Pen
  • Koptelefoon/oortjes 

Slide 5 - Diapositive

Huiswerk check

Slide 6 - Diapositive

Wat weet je nog van de vorige les?


Vorige les

Slide 7 - Diapositive

Wat is jongerentaal ?
A
Taal van een jongen
B
Geleende woorden uit het Surinaams , Turks , Marokkaans etc.
C
Straattaal
D
Taal die van het straat komt

Slide 8 - Quiz

Wat hieronder is jongerentaal?
A
hallo meneer hoe gaat het
B
joo gap hgh
C
hoi hoe gaat het
D
beste meneer gaat het goed

Slide 9 - Quiz

1. Wat vertelt de jongen die ligt?
2. Hoe kun je dit in een andere jongerentaal vertalen? 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Heb je een vraag?

Slide 13 - Diapositive


Voor- en achtervoegsels

Slide 14 - Diapositive

Doel deze les
Aan het eind van deze les:
  1. Weet je wat achtervoegsels zijn
  2. Weet je de betekenis van veelvoorkomende achtervoegsels
  3. Kun je zelf woorden maken met achtervoegsels
  4. En kan je de betekenis van een onbekend woord achterhalen door een achtervoegsel te herkennen.

Slide 15 - Diapositive

Startopdracht in stilte
Lees tekst 1 in stilte 
Maak de startopdracht. B: blz 92/K: blz 94


timer
8:00

Slide 16 - Diapositive

Voorvoegsel
Bij sommige woorden kun je een stukje voor het woord toevoegen; een voorvoegsel.
De betekenis van het woord verandert door een voorvoegsel.

Voorbeelden van voorvoegsels: her- : herexamen
                                                                    in- : informeel
                                                                    on- : onjuist

Slide 17 - Diapositive

Wat?
Basis: Opdracht 2 t/m 5  (blz 93)
Kader: Opdracht 2 t/m 5  (blz 95)
Hoe?
Je mag (zacht) overleggen met je buurman/vrouw
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt.
Tijd
10 minuten.

Klaar?
Kijk je gemaakte huiswerk na (Magister, antwoordboek) en bekijk de uitlegvideo's online  
Opdracht 2
timer
10:00

Slide 18 - Diapositive

Achtervoegsel
Door het achtervoegsel kan de betekenis van het woord veranderen. 

Slide 19 - Diapositive

Woorden met voorvoegsel
Woorden met achtervoegsel
waardevol
eindeloos
herexamen
herinneren
onnodig

Slide 20 - Question de remorquage

Woord met achtervoegsel
Woord zonder achtervoegsel
bruikbaar
tafelkleed
waardeloos
pindasaus
smaakvol
kritisch
moedig
wangedrag

Slide 21 - Question de remorquage

Heb je een vraag?

Slide 22 - Diapositive

Wie heeft nog een vraag over wat we vandaag hebben behandeld?

Slide 23 - Diapositive

Schrijf zoveel mogelijk woorden met een voor- en/of achtervoegsel op
timer
2:00

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Diapositive

Ik kan nu voor- en achtervoegsels
in woorden herkennen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage

Fijn weekend en tot woensdag!

Slide 27 - Diapositive

Evaluatie 
  1. wat ging er goed en wat minder?
  2. is het leerdoel helder?
  3.  weet je wat je moet doen?
  4. heb je vragen en of opmerkingen?




Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
Cursus 4 - Taal, paragraaf 3  

Basis: maak opdracht 1 t/m 3  op blz 90/91
Kader: maak opdracht 1 t/m 3 op blz 92/93





Slide 29 - Diapositive

Fijn weekend! Tot woensdag.

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive