Drie soorten overheid (Gemeente, Provincie, Rijksoverheid).
Alle drie hebben verschillende taken.
Alles wat de overheid regelt noem je de 'collectieve sector'.
Wat niet door de overheid wordt geregeld komt uit de 'particuliere sector'.
iedereen die in dienst is bij de overheid: ambtenaar
Slide 4 - Diapositive
De overheid kan je indelen in 3 lagen. Welke hoort er niet thuis in dit rijtje?
A
Het Rijk
B
De gemeente
C
Het Waterschap
D
De provincie
Slide 5 - Quiz
De overheid bestaat uit:
A
ambtenaren
B
ambtenaren en politici
C
ambtenaren en sporters
Slide 6 - Quiz
Docenten zijn ambtenaren.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
De gemeente regelt ...
A
zaken voor het hele land.
B
de indeling van het grondgebied.
C
de infrastructuur.
D
alles in je woonplaats.
Slide 8 - Quiz
Een andere naam voor de rijksoverheid is..
A
overheid
B
lagere overheid
C
centrale overheid
Slide 9 - Quiz
De infrastructuur zijn alle voorzieningen voor bedrijven.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
De verkeersdrempels in de gemeente Rijswijk moeten hoger worden! Wie doet dat?
A
Gemeente
B
Provincie
C
Rijk
Slide 11 - Quiz
Gemeente
Provincie
Rijksoverheid
Natuurgebieden
Rijbewijs
Infrastructuur
Onderwijs
Politie
Ophalen huisvuil
Slide 12 - Question de remorquage
Kies de voorzieningen die door de Rijksoverheid geregeld worden.
A
drinkwater
B
onderwijs
C
de stoep in je straat
D
snelwegen
Slide 13 - Quiz
6.2: wat doet de overheid: voor ons?
Zorgt voor:
Collectievevoorzieningen
Sociale zekerheid (die worden betaald uit de 'sociale premies)
AOW, huur- en zorgtoeslag
Wat de overheid niet regelt: particuliere sector
waar iedereen gebruik van kan maken en die de overheid betaalt
uitkering voor mensen die geen of weining injkomen hebben
Slide 14 - Diapositive
Marlou werkt als monteur bij een telecombedrijf. Ze heeft voor haar werk netwerkkabels getrokken en gemonteerd bij een nieuwe school. Noteer bij welke sector de baan van Marije hoort.
A
de collectieve sector
B
de particuliere sector
C
Slide 15 - Quiz
Welk begrip hoort NIET bij sociale zekerheid?
A
Huurtoeslag
B
Sociale media
C
Sociale premies
D
WW-uitkering
Slide 16 - Quiz
Collectieve voorzieningen worden betaald door de overheid.
Geef aan wat daar een voorbeeld van is.
A
Een bedrijf betaalt de uitbreiding van het magazijn
B
Een burger betaalt de bouw van een nieuwe keuken
C
Een zorginstelling betaalt de verbouwing van de verpleegafdeling
Slide 17 - Quiz
6.3: hoe komt de overheid aan geld?
Je betaalt belasting als je:
inkomen verdient inkomensbelasting
winst maakt in een bedrijf winstbelasting
iets koopt BTW
Slide 18 - Diapositive
Overige inkomsten
Niet-belastingontvangsten:
winst van overheidsbedrijven (NS, Loterij)
verkoop van aardgas
boetes
Slide 19 - Diapositive
Bijzondere vorm van belasting
Accijns: is een verbruiksbelasting, zit op: tabak, alcohol en benzine. Overheid wil gebruik verminderen
Als de overheid het gebruik wil stimuleren, dan geeft ze subsidies (bv zonnepanelen)
Slide 20 - Diapositive
Wat betekent de afkorting BTW?
A
Belasting Totale Waarde
B
Belasting Toegevoegde Waarde
C
Bruto Totale Waarde
D
Bruto Toegevoegde Waarde
Slide 21 - Quiz
Wat is accijns?
Slide 22 - Question ouverte
Op welk product wordt GEEN accijns geheven?
A
Tabak
B
Museumbezoek
C
Alcohol
D
Benzine
Slide 23 - Quiz
Wat is GEEN soort belasting?
A
BTW
B
Loonbelasting
C
Subsidie
D
Accijns
Slide 24 - Quiz
Welke van onderstaande inkomsten van de overheid zijn niet-belastingontvangsten?