Hfd 6.1-6.4 Wat regelt de overheid - HERHALING1

 6. Wat regelt de overheid?

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomiePraktijkonderwijsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

 6. Wat regelt de overheid?

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • - 5 min  zelfstandig opstarten
  • Herhaling hf 6
  •  Opdrachten  HF 6
  •  Afsluiting
                                                         

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
  • ken je de begrippen van hoofdstuk 6
  • heb jij inzicht in wat je goed / minder goed kent

Slide 3 - Diapositive

6.1: de overheid: wie is dat?
  • Drie soorten overheid (Gemeente, Provincie, Rijksoverheid).
  • Alle drie hebben verschillende taken. 
  • Alles wat de overheid regelt noem je de 'collectieve sector'.
  • Wat niet door de overheid wordt geregeld komt uit de 'particuliere sector'.  
  • iedereen die in dienst is bij de overheid: ambtenaar

Slide 4 - Diapositive

De overheid kan je indelen in 3 lagen. Welke hoort er niet thuis in dit rijtje?
A
Het Rijk
B
De gemeente
C
Het Waterschap
D
De provincie

Slide 5 - Quiz

De overheid bestaat uit:
A
ambtenaren
B
ambtenaren en politici
C
ambtenaren en sporters

Slide 6 - Quiz

Docenten zijn ambtenaren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

De gemeente regelt ...
A
zaken voor het hele land.
B
de indeling van het grondgebied.
C
de infrastructuur.
D
alles in je woonplaats.

Slide 8 - Quiz

Een andere naam voor de rijksoverheid is..
A
overheid
B
lagere overheid
C
centrale overheid

Slide 9 - Quiz

De infrastructuur zijn alle voorzieningen voor bedrijven.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

De verkeersdrempels in de gemeente Rijswijk moeten hoger worden!
Wie doet dat?
A
Gemeente
B
Provincie
C
Rijk

Slide 11 - Quiz

Gemeente
Provincie
Rijksoverheid
Natuurgebieden
Rijbewijs
Infrastructuur
Onderwijs
Politie
Ophalen huisvuil

Slide 12 - Question de remorquage

Kies de voorzieningen die door de Rijksoverheid geregeld worden.
A
drinkwater
B
onderwijs
C
de stoep in je straat
D
snelwegen

Slide 13 - Quiz

6.2: wat doet de overheid: voor ons?
Zorgt voor:
  • Collectieve voorzieningen
  • Sociale zekerheid (die worden betaald uit de 'sociale premies)
  • AOW, huur- en zorgtoeslag 

Wat de overheid niet regelt: particuliere sector

waar iedereen gebruik van kan maken en die de overheid betaalt
uitkering voor mensen die geen of weining injkomen hebben

Slide 14 - Diapositive

Marlou werkt als monteur bij een telecombedrijf. Ze heeft voor haar werk netwerkkabels getrokken en gemonteerd bij een nieuwe school.
Noteer bij welke sector de baan van Marije hoort.

A
de collectieve sector
B
de particuliere sector
C

Slide 15 - Quiz

Welk begrip hoort NIET bij sociale zekerheid?
A
Huurtoeslag
B
Sociale media
C
Sociale premies
D
WW-uitkering

Slide 16 - Quiz

Collectieve voorzieningen worden betaald door de overheid.

Geef aan wat daar een voorbeeld van is.
A
Een bedrijf betaalt de uitbreiding van het magazijn
B
Een burger betaalt de bouw van een nieuwe keuken
C
Een zorginstelling betaalt de verbouwing van de verpleegafdeling

Slide 17 - Quiz

6.3: hoe komt de overheid aan geld?  
Je betaalt belasting als je:

inkomen verdient                                           inkomensbelasting
winst maakt in een bedrijf                         winstbelasting
iets koopt                                                           BTW
                        

Slide 18 - Diapositive

Overige inkomsten 
Niet-belastingontvangsten:
  • winst van overheidsbedrijven (NS, Loterij)
  • verkoop van aardgas
  • boetes

Slide 19 - Diapositive

Bijzondere vorm van belasting
Accijns: is een verbruiksbelasting, zit op: tabak, alcohol en benzine.  Overheid wil gebruik verminderen

Als de overheid het gebruik wil stimuleren, dan geeft ze subsidies (bv zonnepanelen) 

     

Slide 20 - Diapositive

Wat betekent de afkorting BTW?
A
Belasting Totale Waarde
B
Belasting Toegevoegde Waarde
C
Bruto Totale Waarde
D
Bruto Toegevoegde Waarde

Slide 21 - Quiz

Wat is accijns?

Slide 22 - Question ouverte

Op welk product wordt GEEN accijns geheven?
A
Tabak
B
Museumbezoek
C
Alcohol
D
Benzine

Slide 23 - Quiz

Wat is GEEN soort belasting?
A
BTW
B
Loonbelasting
C
Subsidie
D
Accijns

Slide 24 - Quiz

Welke van onderstaande inkomsten van de overheid zijn niet-belastingontvangsten?

1. aardgas 2. accijns 3. boetes 4. winst staatsloterij
A
1, 2, 3
B
1, 2, 4
C
2, 3, 4
D
1, 3, 4

Slide 25 - Quiz

Zelf aan de slag
* Maak de oefentoets (blz 179).


Klaar?
* Ga verder met de Herhalingsopgaven 









    
                                               

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk
  • Opgaven van de oefentoets maken
 


Slide 27 - Diapositive

Afsluiting
Hoofdstuk 6 - Wat regelt de overheid?

Slide 28 - Diapositive