1BKA Cursus 7 Spelling Verkleinwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Cursus 7 - Spelling

verkleinwoorden

Doelen van deze les

Je leert hoe je van zelfstandig naamwoorden verkleinwoorden kunt maken

Je leert wat je achter een woord kunt zetten om te verkleinen

Je leert dat je soms andere letters toe moet voegen

maar eerst: extra: gebruik van het woordenboek

welke woorden leren we?

- je: tas-je

-pje: bloem-pje, schuim-pje

-tje: tuin-tje

-etje: wandeling-etje

Verkleinwoorden

Maak je meestal door -je achter een woord te zetten.

bootje

magneetje

haakje

welk woord is goed geschreven?

1. hondtje
2. kanttje
3. pootje
4. bloemje

bedenk zelf een woord én het verkleinwoord dat op -je eindigt
Voorbeeld: drank-drank-je

Soms moet je andere letters toevoegen

bloempje

wandelingetje

tuintje

bedenk nu zelf een verkleinwoord waarbij je andere letters extra toe moet voegen

Bij een zelfstandig naamwoord op -ng

moet je soms de -g vervangen door een -k 

kettinkje

                        DE G IS VERDWENEN

koninkje

welk woord is goed geschreven?

1. behangetje
2. trainingetje
3. bedangkje
4. slangtje

Bedenk zelf het verkleinwoord bij een woord dat eindigt op -ng

Zelf aan de slag!

oefentoets: en kijk je werk na.

abi: spellingalarm

renisha: spelling paragraaf 4 en 5

klaar? 

1.leer je groene theorie voor morgen

2. oefen met je woordenboek: zoek 10 woorden op met verschillende beginletters en schrijf op welk lidwoord en meervoud erbij hoort. 

wat heb ik gedaan om de doelen te bereiken?