Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3.7 economische ontwikkeling
Slide 1 - Diapositive
Vorige les
Centrum, semi-periferie en periferie
schaalniveaus
Slide 2 - Diapositive
Welke provincie valt onder de semi-periferie van Nederland?
A
Zuid-Holland
B
Noord-Brabant
C
Drenthe
D
Zeeland
Slide 3 - Quiz
Korte antwoorden: Waarom wordt Uganda een ontwikkelingsland genoemd?
Slide 4 - Carte mentale
Beroepsbevolking
• Primaire sector - grondstoffen uit natuur halen
• Secundaire sector - Producten maken van grondstoffen
• Tertiare sector - Diensten leveren
Slide 5 - Diapositive
Beroepsbevolking NL
Slide 6 - Diapositive
Import
Import: er gaat geld naar het buitenland, we kopen iets.
Bijvoorbeeld: We voeren bananen in. Ed Sheeran geeft een concert in de Ziggo Dome. Jullie gaan op schoolreis naar Berlijn.
Slide 7 - Diapositive
Import: Spullen kopen uit een ander land --> geld uitgeven
Export: Spullen verkopen aan een ander land --> geld verdienen
Export - import = ruilvoet
Welk land, links of rechts, heeft een betere ruilvoet denk je?
Slide 8 - Diapositive
Export
Export: Het buitenland betaald ons geld, we verkopen iets.
Bijvoorbeeld : Een Nederlands baggerbedrijf baggert in Dubai. Ed Sheeran drinkt Jenevertjes en fiets door Oost. We verkopen Beemsterkaas aan Duitsland.
Slide 9 - Diapositive
Ruilvoet
Verhouding van de waarde van de exportgoederen en de waarde van de importgoederen.
Periferie importeert producten uit het centrum en exporteert landbouwproducten.
De prijs van de centrum producten steeg vroeger sneller dan die van de periferie producten, dit is een verandering in de ruilvoet.
Slide 10 - Diapositive
Verschillen in ontwikkeling
De snelheid van de economische ontwikkeling verschilt per land.
Ligging, klimaat of grondstoffen in de grond.
Ontwikkelingslanden.
Slide 11 - Diapositive
Agrarisch = primaire sector
Industrieel = secundaire sector
Diensten = tertiaire en quartaire sector
De quartaire sector staat niet in je boek. Betekenis: niet-commerciële diensten
Slide 12 - Diapositive
In welke sector werken de meeste mensen in de periferie?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector
Slide 13 - Quiz
Waarom is de secundaire sector het grootst in de semi-periferie?
Slide 14 - Question ouverte
Waarom is de quartaire sector in centrumlanden het grootst?
Slide 15 - Question ouverte
Waarom verdient Nederland meer geld met de landbouw dan Uganda? Er werken veel minder mensen bij ons in de landbouw!