(Impuls is een electrisch stroompje dat naar de hersenen gaat)
Slide 17 - Diapositive
Afronden
- Maak basisstof 1 voor de volgende les
Slide 18 - Diapositive
Les 2: Zenuwcellen en zenuwen
- Korte terugblik
- Opdracht
Slide 19 - Diapositive
Zenuwcellen
Zenuwweefsel bestaat uit zenuwcellen.
Zenuwcellen hebben een cellichaam (waar de kern zit) en uitlopers
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Sensorische zenuwen/ Gevoelszenuwcel
Gevoelszenuwcellen hebben uitlopers bij zintuigcellen. Ze geven een impuls door richting het centrale zenuwstelsel.
Slide 22 - Diapositive
Maken:
Thema 5:
Basisstof 2 en 3
Slide 23 - Diapositive
Schakelcel
Impulsen in het centrale zenuwstelsel die informatie aan elkaar doorgeven.
Slide 24 - Diapositive
Bewegingszenuwcel
Bewegingszenuwcellenontvangen impulsen van schakel-cellen. Ze geven impulsen door aan spieren of klieren. Een klier is een orgaan wat stoffen produceert (zweet, talg, speeksel)
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Opdracht
Slide 27 - Diapositive
Zenuwcellen
De uitlopers van zenuwcellen kunnen we 1 meter lang zijn.
Slide 28 - Diapositive
Bewuste reactie
1. Prikkel komt binnen via een zintuig.
2. Impuls gaat via een gevoelszenuwcel naar het ruggenmerg
3. Schakelcellen in het ruggenmerg geven de impuls door aan de hersenen.
4. Hersenen geven een impuls via schakelcellen aan een bewegingszenuwcel
5. De bewegingszenuwcel geeft de impuls door aan een spier en een klier
6. De arm beweegt en de speekselklieren gaan werken
Slide 29 - Diapositive
Ruggenmerg
Het ruggenmerg is gevuld met zenuwweefsel.
Het verzorgt de verbinding tussen de hersenen en de rest van het lichaam
Tussen de wervels ontspringen de zenuwen.
Slide 30 - Diapositive
Reflexboog
Reflexboog: de weg die impulsen bij een reflex afleggen.
Is de kortste route mogelijk!
Een reflex is daarom sneller dan een bewuste reactie.
Slide 31 - Diapositive
Reflex
1. Prikkel komt binnen via een zintuig.
2. Impuls gaat via een gevoelszenuwcel naar het ruggenmerg
3. Schakelcellen in het ruggenmerg geven de impuls door aan een bewegingszenuwcel (en ook aan de hersenen)
4. De bewegingszenuwcel geeft de impuls door aan een spier en een klier
5. De arm beweegt en daarna zijn je hersenen zich pas bewust van wat er gebeurde
Slide 32 - Diapositive
Zenuwcellen
Schakelcellen ontvangen impulsen van gevoels-zenuwcellen of van andere schakel-cellen. Ze geven impulsen door aan schakelcellen of bewegingszenuwcellen.
Alleen in centraal zenuwstelsel
Slide 33 - Diapositive
Zenuwen
Zenuwen zijn bundels met uitlopers van zenuwcellen. Deze uitlopers zijn geisoleerd met een beschermlaagje. Om de zenuw heen zit ook nog een stevige beschermlaag.