Bijvoeglijke naamwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 4

in deze les

leren we wat een bijvoeglijk naamwoord is

leren we wat een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord is

leren we dat een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt kan worden.

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

De oude vrouw zocht hout voor het vuur.

1. oude
2. hout
3. vrouw
4. vuur

Het is een erg lange weg naar de stad.

1. erg
2. weg
3. lange
4. stad

In de winter hebben veel mensen last van de ijzige kou

1. winter
2. kou
3. mensen
4. ijzige

In het huisje bij de brug woont een oude man.

1. brug
2. woont
3. oude
4. een

In het mooie huisje bij de brug woont een man.

1. brug
2. woont
3. mooie
4. een

In het huisje bij de griezelige brug woont een vrouw.

1. brug
2. woont
3. griezelige
4. een

Deze lieve docent geeft jullie uitleg.

1. lieve
2. jullie
3. docent
4. geeft

voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

De begeleide/ begeleidde man was blij met Antons hulp.

Het (typen) adres

1. getypete
2. getypte

Het (verlichten) tuinpad

1. verlichten
2. verlichtte
3. verlichte
4. verlichtten

Maak in de les de volgende opdrachten.

NIET AF = HUISWERK

Onderdeel 7: extra oefenmateriaal: spelling

Bijvoeglijke naamwoorden