HVV2A week 48 K7

Liebe Leute, das Programm für heute
Kapitel 7 Schreiben
Kapitel 7 Lesen (selbstständig)

1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Liebe Leute, das Programm für heute
Kapitel 7 Schreiben
Kapitel 7 Lesen (selbstständig)

Slide 1 - Diapositive

LERNZIELE
Ik ken/kan de grammatica van pers.vnw. in 4e naamval nog
Ik snap de grammatica van hoofdstuk 7
Ik kan de grammatica met spieken toepassen

Slide 2 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
1E  NAAMVAL ENKELVOUD                     1E NAAMVAL MEERVOUD

ik              ich                                                     wij            wir
jij              du                                                      jullie       ihr
hij             er                                                       zij             sie
zij              sie                                                     u              Sie
het            es

Slide 3 - Diapositive

Personalpronomen Akkusativ (4e naamval)

Enkelvoud:                                  Meervoud:
1e nv
4e nv
ik
ich
mij
mich
jij
du
jou
dich
hij
er
hem
ihn
zij
sie
haar
sie
het
es
het
es
1e nv
4e nv
wij
wir
ons
uns
jullie
ihr
jullie
euch
zij
sie
hen
sie
u
Sie
u
Sie
wie
wer
wie
wen

Slide 4 - Diapositive

Voorzetsels 4e naamval
durch             = door
für                   = voor
gegen           = tegen
ohne              = zonder
um                  = om

Slide 5 - Diapositive

Voorzetsels 4e naamval + pers.vnw
durch
door
Durch dich bin ich zu spät. (door jou)
für
voor
Für mich eine Cola bitte. (voor mij)
ohne
zonder
Ohne dich kann ich nicht leben. (zonder jou)
um
om
Um uns brauchst du nicht zu bleiben. (om ons)
gegen
tegen
Hat er gegen euch gesagt, dass ihr zu spät wart?(tegen jullie)

Slide 6 - Diapositive

durch     door
für           voor
gegen    tegen
ohne       zonder
um          om
mich       mij
dich         jou
ihn           hem
sie            haar
es             het
uns          ons
euch        jullie
sie            hen/hun
Sie            u
wen          wie

Slide 7 - Diapositive

KLASCODE LESSONUP.COM
HVV2A Duits
mzqcd

Slide 8 - Diapositive

ik 
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er

Slide 9 - Question de remorquage

Vertaal naar het Duits:
ik

Slide 10 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits:
hij

Slide 11 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits:
wij

Slide 12 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits:
jullie (1e naamval)

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits:
het (1e naamval)

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal naar het Nederlands:
gegen

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal naar het Nederlands:
um

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal naar het Nederlands:
ohne

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
door

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
zonder

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
om

Slide 20 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
door hem

Slide 21 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
om haar

Slide 22 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
tegen hem

Slide 23 - Question ouverte

Vertaal naar het Duits
zonder jullie

Slide 24 - Question ouverte

Auf Wiedersehen!

Slide 25 - Diapositive

We bekijken nu het filmpje over leesstrategieën:

Link leesvaardigheid tips


En een video over "gokken"



Slide 26 - Diapositive

Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest.

- oriënterend lezen 
   = voorspellen
- globaal lezen
  = scannen/skimmen
- zoekend lezen
  = informatie vinden
- intensief lezen

Slide 27 - Diapositive

Woordenboek D-N
Je mag bij een leestoets een woordenboek Duits-Nederlands gebruiken, maaaaaar:

- hele werkwoorden: "magst"  = "mögen"
- Enkelvoud: "Häuser" = "Haus"
- Meerdere betekenissen
- Oefen daarmee

Slide 28 - Diapositive

Lesen üben: vwo-Buch, Seite 38-39-40
Tipps und Ideen für dein Zimmer                                                        DENKEN - DELEN - UITWISSELEN
Skimm/Scan de tekst: Titel, plaatjes, tussenkopjes
- Waar gaat de tekst over?
- Wat betekenen de titel en de tussenkopjes?

16b. belangrijke woorden:
Aussage = uitspraak
Absatz = alinea
stimmt überein: komt overeen
Lücke = gat
timer
10:00

Slide 29 - Diapositive

HAUSAUFGABEN 
Week 45 "geplande taak

HV-BOEK  MAKEN                        VWO-BOEK MAKEN
Aufgabe 14 t/m 18                        Aufgabe 16c t/m 20

HV-BOEK LEREN:                          VWO-BOEK LEREN
Lernliste N-D helemaal              Lernliste N-D helemaal
Lernliste D-N A-Sehen               Lernliste D-N A-Sehen
Lernliste D-N C-Hören                Lernliste D-N C-Hören
Lernliste D-N D-Lesen                Lernliste D-N D-Lesen

Slide 30 - Diapositive

Hören üben
HV: Buch Seite 36-37
VWO: Arbeitsblatt
K7 Aufgabe 12b

Slide 31 - Diapositive

Luistertoetsje
HVV 1e Luisterfragment NA K6
HVV 2e Luisterfragment NA K6

Slide 32 - Diapositive

Auf Wiedersehen!

Slide 33 - Diapositive

Tipps zum Hören

Slide 34 - Diapositive

Luisterstrategieën
  • Eerst de vraag lezen en daarna luisteren. Dat helpt je bij het raden van de woorden die je niet kent. Minder kans op fouten. 

  • Blijf tijdens het luisteren regelmatig naar de vragen kijken. 

Slide 35 - Diapositive

Luisterstrategieën
  • Er zit geen systeem in de antwoorden. Antwoorden staan op alfabetische volgorde. 5x het antwoord B achter elkaar is dus mogelijk!
  • Blijf bij je eerste antwoord. De eerste ingeving is vaak de beste.
  • Ga uit van wat je wel weet. Raak niet in paniek als je een woord niet kent. Je hoeft niet alle woorden te kennen. Het gaat om het juiste antwoord geven. 

Slide 36 - Diapositive

Kapitel 7
Anfang: 
Seite 28-29

  • Thema Wohnen
  • Grammatik: persoonlijk voornaamwoord in 4e naamval





Slide 37 - Diapositive

A SEHEN: Seite 30 Aufgabe 1
Wohnen in der Mühle

1a: Manche Menschen wohnen in besonderen Häusern. 
       Welche Beispiele dafür kennst du? 

1b: Sieh dir den Film an. Kreise beim Sehen die richtige Aussage ein.

Slide 38 - Diapositive

Auf Wiedersehen

Slide 39 - Diapositive

ik 
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er

Slide 40 - Question de remorquage

Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
De (bepaalde) lidwoorden in het Nederlands de en het (bepaald)
worden in het Duits:    der - die - das

GESLACHT!
der        = na een mannelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
die         = na een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
das        = na een onzijdig zelfstandig naamwoord (vaak "het")
Het bepaald en onbepaald lidwoord

Slide 41 - Diapositive

DER + "mannelijke woorden"
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden

Slide 42 - Diapositive

DIE + "vrouwelijke" woorden"
vrouwelijke personen, dieren, beroepen
vaak woorden eindigen op -e
altijd woorden eindigen op: 
-heit -keit -schaft -ung

Slide 43 - Diapositive

DAS + "onzijdige" woorden"
"het" woorden in het Nederlands 
(PAS OP: niet altijd!!)

Slide 44 - Diapositive

DIE + meervoud
Meervoudige zelfstandige naamwoorden

ALTIJD DIE

Slide 45 - Diapositive

.... Bruder
A
der
B
die
C
das

Slide 46 - Quiz

LERNZIELE

  • Ik weet wie mevrouw Verholen is
  • Ik ken de lidwoorden in het Duits nog
  • Ik ken de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits nog
  • Ik kan in mijn online-boek
  • Ik weet wat ik volgende week af moet hebben

Slide 47 - Diapositive