Participium praesens

Participium praesens
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnSecundair onderwijs

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Participium praesens

Slide 1 - Diapositive

Het participium perfectum 
- 3de vorm van stamtijden 
- is het voltooid deelwoord 

Slide 2 - Diapositive

Het participium 
betekent deelwoord. 

Slide 3 - Diapositive

Het woord praesens
betekent tegenwoordig 

Slide 4 - Diapositive

Wat is het participium praesens?
A
voltooid deelwoord
B
onvoltooid deelwoord
C
verleden deelwoord
D
tegenwoordig deelwoord

Slide 5 - Quiz

In het Nederlands
a) De dansende beren zijn de hoofdattractie van het circus.
b) Ze hoorden enkel de klaterende rivier haar weg naar beneden zoeken.
c) De winnende ploeg werd bekogeld door joelende tegenstanders.

Slide 6 - Diapositive

Hoe wordt het participium praesens gevormd in het Nederlands?
A
infinitief + nde
B
infinitief + ende
C
infinitief + de

Slide 7 - Quiz

Het onvoltooid deelwoord heeft in deze zinnen de waarde van
A
een werkwoord
B
adjectief
C
substantief

Slide 8 - Quiz

De dansende beren zijn de hoofdattractie van het circus.

Welke functie heeft het zinsdeel met het onvoltooid deelwoord?

Slide 9 - Question ouverte

Ze hoorden enkel de klaterende rivier haar weg naar beneden zoeken.
Welke functie heeft het zinsdeel met het onvoltooid deelwoord?

Slide 10 - Question ouverte

Hoe gedraagt het participium praesens zich?
A
een adjectief
B
een substantief
C
een werkwoord

Slide 11 - Quiz

Waar kan je je dan aan verwachten in het Latijn?
A
tijden
B
naamvallen

Slide 12 - Quiz

Vorming: 
- amans
 – monens – 
tegens – 
audiens 
capiens

Slide 13 - Diapositive

Hoe wordt het participium praesens gevormd bij amare?
A
stam + ns
B
stam + ens
C
stam + iens

Slide 14 - Quiz

Hoe wordt het participium praesens gevormd bij monere?
A
stam + ns
B
stam + ens
C
stam + iens

Slide 15 - Quiz

Hoe wordt het participium praesens gevormd bij tegere?
A
stam + ns
B
stam + ens
C
stam + iens

Slide 16 - Quiz

Hoe wordt het participium praesens gevormd bij audire?
A
stam + ns
B
stam + ens
C
stam + iens

Slide 17 - Quiz

Hoe wordt het participium praesens gevormd bij capere?
A
stam + ns
B
stam + ens
C
stam + iens

Slide 18 - Quiz

Het participium praesens gedraagt zich als een adjectief. Wat verwacht je dan?
A
een vervoeging
B
een verbuiging

Slide 19 - Quiz

Het participium praesens volgt het model van felix

Slide 20 - Diapositive