Herhaling lijdend voorwerp vervangen door persvnw

Bonjour
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Bonjour

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
Na deze les heb ik het lijdend voorwerp vervangen door een persoonlijk voornaamwoord herhaald

Slide 2 - Diapositive

Hoe zat het ook weer?
  • Patrick leest het boek (LV = het boek)
Patrick leest het (LV = het)

  • Zij kijkt altijd die film (LV = die film)
Zij kijkt hem altijd (LV = hem)

Slide 3 - Diapositive

En:
  • Hij koopt een auto voor haar (LV = een auto)
Hij koopt hem voor haar (LV = hem)

  • Ik strijk een blouse (LV = een blouse)
Ik strijk hem (LV = hem)




Slide 4 - Diapositive

Zinsdelen
Ma mère donne souvent des cadeaux
*Wat is het onderwerp in de zin?
Ma mère
*Wat is het gezegde in de zin?
donne
*Wat is het lijdend voorwerp in de zin?
des cadeaux

Slide 5 - Diapositive

Lijdend voorwerp vervangen..



Ma mère donne souvent des cadeaux
LV = des cadeaux


Slide 6 - Diapositive

..door een persoonlijk vnw
Ma mère donne souvent des cadeaux

We vervangen des cadeaux door le, la, l'of les

Des cadeaux is meervoud, dus les

Slide 7 - Diapositive

Plaats in de zin
  • Vóór het eerste werkwoord dat je in de zin tegenkomt

  • Als er in de zin een heel werkwoord staat, dan vóór het hele werkwoord

Slide 8 - Diapositive

Dus:
Ma mère donne souvent des cadeaux

Wordt:

Ma mère les donne souvent

Slide 9 - Diapositive

À VOUS

Slide 10 - Diapositive

Mon père achète des vaches

Door wat kan je des vaches vervangen?
A
la
B
les
C
l'
D
le

Slide 11 - Quiz

Ma soeur regarde un film
Door wat kan je un fim vervangen?
A
le
B
les
C
l'
D
la

Slide 12 - Quiz

Patrick roule une voiture rouge
Door wat kan je une voiture rouge vervangen?
A
la
B
l'
C
les
D
le

Slide 13 - Quiz

Monique achète le dvd de Starwars
Door wat kan je le dvd de Starwars vervangen?
A
l'
B
la
C
les
D
le

Slide 14 - Quiz

Mon père achète la voiture
Welke zin is correct?
A
Mon père le achète
B
Mon père l'achète
C
Mon père les achète
D
Mon père la achète

Slide 15 - Quiz

Jeanne fête son anniversaire
Welke zin is correct?
A
Jeanne la fête
B
Jeanne l' fête
C
Jeanne le fête
D
Jeanne les fête

Slide 16 - Quiz

Paul achète des cadeaux
Welke zin is correct?
A
Paul l'achète
B
Paul les achète
C
Paul le achète
D
Paul la achète

Slide 17 - Quiz

Maman a fait le gâteau
Welke zin is correct?
A
Maman le a fait
B
Maman a le fait
C
Maman l'a fait
D
Maman a l' fait

Slide 18 - Quiz

Let op de plaats:
Papa achète un cadeau (voor pers.vorm)
Papa l'achète
Papa a acheté un cadeau (voor pers.vorm)
Papa l'a acheté
Papa va acheter un cadeau (voor hele ww)
Papa va l'acheter

Slide 19 - Diapositive

Tijdens het 8e uur
Duurt +/- 30 min.

Slide 20 - Diapositive

Morgen het 5e uur
  • Maken luistervaardigheid in LessonUp
  • Ga naar LessonUp
  • Ga naar je klas
  • Kies de les Luistervaardigheid
  • Luister naar de fragmentjes en maak de vragen

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive