Teams les 2.3

klas 1D 30 nov 2022
Pen 
Schrift
Chromebook dicht
Jas in kluisje

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

klas 1D 30 nov 2022
Pen 
Schrift
Chromebook dicht
Jas in kluisje

Slide 1 - Diapositive

2.3: Democratie en andere vormen van bestuur

Slide 2 - Diapositive

30 november 2022
  1.  Inloggen in LessonUp
  2. Herhaling
  3. Uitleg 2.3 + aantekeningen
  4. Huiswerk bespreken
  5. Zelfstandig werken

Slide 3 - Diapositive

LessonUp
  • Gebruik voor LessonUp je Chromebook, niet je telefoon.
  • Log in met je eigen voornaam. Anders op absent.
  • We gebruiken LessonUp de komende perioden.

Slide 4 - Diapositive

Wat is een stadstaat?
A
Een land met eigen grondgebied en één bestuur.
B
Een stad met eigen grondgebied en één bestuur.
C
Een stad die er al heel lang staat.
D
Een stad zonder eigen grondgebied maar met één bestuur.

Slide 5 - Quiz

Het Griekse woord voor stadstaat is...
A
Polka
B
Polen
C
Polis
D
Polyester

Slide 6 - Quiz

Leerdoelen
  1. Ik kan de verschillende ie'en uitleggen in eigen woorden.
  2. Ik kan de verschillende ie'en herkennen in bronnen.

Slide 7 - Diapositive

Politiek
  • De Griekse stadstaten hadden elk hun eigen manier van besturen.
  • Grieken noemden besturen 'politiek'.
  • Politiek = het besturen van het land.
  • Een politicus is iemand die een rol heeft in het bestuur.

Slide 8 - Diapositive

Noem een voorbeeld van een politicus.

Slide 9 - Question ouverte

Monarchie
  • Een bestuursvorm waarbij de koning de leider is en deze rol erfelijk is.
  • Vooral de oudste Griekse stadstaten (850 v.Chr.) waren monarchieën.
  • Links zie je Leonidas I, koning van de stadstaat Sparta.

Slide 10 - Diapositive

Bestuursvormen
  • Monarchie
  • Aristocratie
  • Tirannie
  • Democratie

Slide 11 - Diapositive

Noem een ander voorbeeld van een monarchie.

Slide 12 - Question ouverte

Aristocratie
  • Een bestuursvorm waarbij een groep belangrijke, rijke mensen de baas is.
  • Vooral rijke Griekse handelaren werden lid van de aristocratie.

Slide 13 - Diapositive

Tirannie
  • Een bestuursvorm waarbij een alleenheerser alle macht heeft.

  • In het oude Griekenland werden sommige alleenheersers als helden gezien. Hoe kan dat?

  • Tegenwoordig is het woord 'tiran' erg negatief bedoeld (rechts).

Slide 14 - Diapositive

Noem een ander voorbeeld van een tirannie.

Slide 15 - Question ouverte

Democratie
  • Een bestuursvorm waarbij het volk de baas is.
  • Uitgevonden in de stadstaat Athene.
  • Kleisthenes (links): zorgde ervoor dat iedere vrije Atheense man mocht stemmen in de volksvergadering. 

Slide 16 - Diapositive

Noem een ander voorbeeld van een democratie.

Slide 17 - Question ouverte

Directe en indirecte democratie
  • Directe democratie = het volk bestuurt zelf.
  • Voorbeeld: Athene was een directe democratie.

  • Indirecte democratie = het volk kiest volksvertegenwoordigers die namens hen besturen.
  • Voorbeeld: Nederland is een indirecte democratie.

Slide 18 - Diapositive

Sparta

Slide 19 - Diapositive

De Atheense democratie
  • Alleen de burgers (= mensen met rechten en plichten) mochten meebeslissen in de raad van 500.
  • Om te voorkomen dat er een tiran de macht zou grijpen werd het schervengericht ingevoerd (= op een scherf van een kapotte pot kon men de naam schrijven van een persoon die dan 10 jaar verbannen werd).

  • Links zie je de Pnyx (heuvel in Athene). Daar werd gestemd.

Slide 20 - Diapositive

Schervengericht

Slide 21 - Diapositive

Was de Atheense democratie wel zo democratisch, oftewel: was het volk wel echt de baas? Waarom wel of niet?

Slide 22 - Question ouverte

De Atheense samenleving
1. Burgers.

2. Vrouwen en kinderen.

3. Metoiken = vreemdelingen (vaak buitenlanders).

4. Slaven.

Slide 23 - Diapositive

Het bestuur van Sparta
Sparta had een mengeling van meerdere bestuursvormen:
  • Democratie: er was een volksvergadering van mannen, maar die had weinig invloed.
  • Monarchie: er waren twee koningen, zij leidden voornamelijk het leger.
  • Aristocratie: er was een raad van 30 oude mannen. In de praktijk beslisten zij het meest.

Slide 24 - Diapositive

Leestekst. Een Spartaanse opvoeding.
Wat ga je doen?
Lees de tekst.
Beantwoord de vragen.

Hoe gaan we dat doen?
Zelfstandig. De eerste 10 minuten in stilte.
timer
10:00

Slide 25 - Diapositive

Nabespreken
2.2 opdracht 2 t/m 17 (behalve 7, 11 en 12).
Welke opdrachten willen jullie nabespreken?
2.2: 3, 4, 6, 8, 13, 14

Slide 26 - Diapositive

Aan de slag
Wat: maak paragraaf 2.3 opdracht 1 t/m 10.
Hoe: we werken zelfstandig. De eerste 15 minuten in stilte.
Klaar? Maak 2.3 opdracht 11 t/m 16.
timer
15:00

Slide 27 - Diapositive