W1.4

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Herzlich Willkommen zurück liebe Leute!

Periode 1

Woche 1.4

Heute auf dem Programm

1. Hausaufgaben/Deadlines aufschreiben
2. Insta der Woche: Warum ist Deutsch einfach?
3. Klassendeutsch üben
4. Sich vorstellen: deinen Namen buchstabieren
5. An die Arbeit: Neue Kontakte Online


6. Ziele checken

Lernziele

Am Ende der Stunde....

....kann ich auf Deutsch erzählen: 

-wie es mir geht, 

-wie ich heiße, 

-wie alt ich bin, 

-wo ich wohne, 

-wie ich meinen Namen buchstabiere 

Deadlines für die nächste Stunde 

Lernen: 

1. de 2e en 3e pagina uit het Klassendeutschboekje van DE naar NL : of met Quizlet Flashcards of op papier. Doe dit max. 15 minuten in totaal per week.

2. de 12 zinnen uit je schrift om je voor te stellen. Doe dit max. 15 minuten in totaal per week.

Let op! Verspreid je leerwerk over de week: of 5 minuten per dag of 2x15 minuten of 3x 10 minuten (in totaal leer je maximaal 30 minuten per week)

Let op! Verspreid je leerwerk over de week: of 5 minuten per dag of 2x15 minuten of 3x10 minuten (in totaal leer je maximaal 30 minuten per week)

Insta der Woche

Hast du gut geschlafen? Ja/Nein

Klassendeutsch: Schulsachen leihen

Klassendeutsch Sprechen

1. Ich habe mein .... vergessen. Hast du ein ..... für mich?

Ja, ich habe einen ... für dich. 

Nein ich habe keinen ... für dich.

2. Ich habe keinen .... Kannst du mir einen leihen? 

Ja, ich kann dir einen leihen.

Nein, ich habe keinen ...

1. Hoe ​gaat het met jou?
   
2. Met mij gaat het goed.
   
3. ​Hoe heet je?
   
4. Ik heet..
   
5. Hoe spel/schrijf je dat?
   
6. Dat schrijft je met ...(spellen)
7. Hoe oud ben je?
   
8. Ik ben 11/12/13 jaar oud.​
   
9. Waar kom je vandaan?
   
10. Ik kom uit Nederland.
    
11. Waar woon je?
    
12. Ik woon in....
    

1. Hoe ​gaat het met jou?
   
2. Met mij gaat het goed.
   
3. ​Hoe heet je?
   
4. Ik heet..
   
5. Hoe schrijf je dat?
   
6. Dat schrijf je met?
7. Hoe oud ben je?
   
8. Ik ben 11/12/13 jaar oud.​
   
9. Waar kom je vandaan?
   
10. Ik kom uit Nederland.
    
11. Waar woon je?
    
12. Ik woon in....
    

Wie geht es dir?

Mir geht es gut?

Wie heißt du?

Ich heiße ...

Wie schreibt man das?

Das schreibt man mit

Wie alt bist du?

Ich bin elf/ zwölf/dreizehn Jahre alt.

Woher kommst du?

Ich komme aus den Niederlanden.

Wo wohnst du?

Ich wohne in ...

Eszett = ringel s                 altgr+s

Sprechen: Wie heißt du? Wie schreibt man das?

An die Arbeit! 

Machen: Neue Kontakte K1: Online pag. 20 (oortjes in!) 

Erzähle auf Deutsch: hoe het met je gaat, hoe je heet,hoe je je naam spelt, hoe oud je bent, waar je woont,

Gimkit Klassendeutsch Lehrer

https://www.gimkit.com/view/632aff6642ae990021c81659 

quizlet.com