Criminaliteit H 1-2

Criminaliteit H. 1-2
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Criminaliteit H. 1-2

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 1
(Herhaling?)

Slide 2 - Diapositive

Wat is een overtreding?

Slide 3 - Question ouverte

Wat is een misdrijf?

Slide 4 - Question ouverte

Overtreding 
Overtredingen zijn strafbare feiten die minder erg zijn. Het gaat vaak om regels die als doel hebben om wanorde te voorkomen, bijvoorbeeld verkeersregels. Als je die overtreedt, is er sprake van een strafbaar feit. Voor de meeste overtredingen krijg je geen strafblad.
Misdrijven zijn ernstige strafbare feiten waar je een gevangenisstraf (bijvoorbeeld in het geval van moord) of een taakstraf (bijvoorbeeld in het geval van diefstal) voor krijgt. De straf wordt vaak door een rechter bepaald. Voor het plegen van een misdrijf krijg je ook een strafblad.

Slide 5 - Diapositive

Wat is een misdrijf:

Misdrijven zijn ernstige strafbare feiten waar je een gevangenisstraf (bijvoorbeeld in het geval van moord) of een taakstraf (bijvoorbeeld in het geval van diefstal) voor krijgt.

Slide 6 - Diapositive

Strafblad?
Voor een misdrijf krijg je een strafblad en voor een overtreding niet. 

Slide 7 - Diapositive

Wat is het het verschil tussen materiële en immateriële schade?

Slide 8 - Question ouverte

KENMERKEN VAN VEELVOORKOMENDE CRIMINALITEIT
Het gaat om veelvoorkomende strafbare feiten.
Het veroorzaakt veel schade.
Het is vervelend en zorgt voor een gevoel van onveiligheid.

Slide 9 - Diapositive

Juist of onjuist? Criminaliteit zal altijd een maatschappelijk vraagstuk blijven.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

Wat is het probleem met veelvoorkomende criminaliteit?
A
Het gebeurt vaak in groepsverband.
B
Het zorgt voor trauma's bij de slachtoffers.
C
Het veroorzaakt veel schade.
D
De straffen zijn veel te laag.

Slide 11 - Quiz

Overtreding of misdrijf?
Een gewapende overval
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 12 - Quiz

Overtreding of misdrijf?
Een verkeersovertreding
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 13 - Quiz

Overtreding of misdrijf?
Heling, het verkopen van gestolen spullen
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 14 - Quiz

Overtreding of misdrijf?
Openbaar dronkenschap
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 15 - Quiz

De rechtsstaat
Er is rechtsgelijkheid: 
Alle burgers hebben grondrechten, 
Niemand heeft álle macht in Nederland. Er is namelijk een scheiding van de machten.
Rechtszekerheid: 
Legaliteitsbeginsel.

Slide 16 - Diapositive

Lees hoofdstuk 1 door
En maak de opdrachten, als je iets niet snapt, vraag het dan of zoek het op! 

Slide 17 - Diapositive