Voltooid deelwoord m1

Voltooid Deelwoord
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Voltooid Deelwoord

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

haben & sein
Om een zin te maken in de voltooide tijd heb je het 
voltooid deelwoord en een hulp werkwoord nodig. 
Dit zijn (net als in het Nederlands) haben&sein. 
Daarom moet je die dus kunnen dromen!

Slide 3 - Diapositive

Das Verb haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 4 - Question de remorquage

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 5 - Question de remorquage

(Heb jij) Lust zu grillen?
(Ik ben) gern am Strand.
Im Dezember (is het) kalt.
Julius (heeft) nur abends Zeit.
(Zijn) die Straßen heute glatt?
(Hebben) deine Eltern die Reise schon gebucht?
ist es
ich bin
hat
sind
hast du
haben

Slide 6 - Question de remorquage

Wat is het kenmerk van een
zwak werkwoord?
A
klinker verandert in de verleden tijd
B
klinker verandert niet in de verleden tijd
C
voltooid deelwoord eindigt op -en
D
voltooid deelwoord eindigt op -t

Slide 7 - Quiz

Hoe maak ik het voltooid deelwoord van het zwakke werkwoord machen (maken)?

Slide 8 - Question ouverte

Hoe maak ik het voltooid deelwoord van het werkwoord arbeiten (werken)?
LET OP DE LAATSTE LETTER IN DE STAM!

Slide 9 - Question ouverte

Voltooid tegenwoordige tijd zwakke ww
Du ... am Montag ...
1e puntjes = vorm van haben
2e puntjes = voltooid deelwoord van arbeiten
A
habe gearbeitet
B
habe gearbeit
C
hast gearbeitet
D
hast arbeit

Slide 10 - Quiz

Ich ... mein Auto ...
1e puntjes = vorm van haben
2e puntjes = voltooid deelwoord van putzen
A
hat geputzt
B
habe geputzt
C
habe geputzet
D
habe putzt

Slide 11 - Quiz

Er ... den ganzen Nacht ...
1e puntjes = vorm van haben
2e puntjes = voltooid deelwoord van feiern
A
habe gefeiert
B
habt gefeiert
C
hat gefeiert
D
haben gefeiert

Slide 12 - Quiz

Ihr ... eine tolle party ...
1e puntjes = vorm van haben
2e puntjes = voltooid deelwoord van organisieren
A
habt organisiert
B
habt georganisiert
C
hat organisiertt
D
hast georganisiert

Slide 13 - Quiz

Vertaal de zinnen naar het Duits.
Ik heb in Berlin gewoond.

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal de zin naar het Duits.
Wij hebben in Basel gestudeerd.
(studieren)

Slide 15 - Question ouverte

Heb je nog vragen over het voltooid deelwoord of haben/sein?

Slide 16 - Question ouverte