Cette leçon contient 45 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Organen en cellen
Bronnen:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a.
Slide 1 - Diapositive
Basisstof 1
Slide 2 - Diapositive
Organismen
Alle organismen hebben levenskenmerken.
Als iets leeft, is het een organisme.
Geen levenskenmerken = LEVENLOOS
Slide 3 - Diapositive
Levenskenmerken
Levenskenmerken
Ademhalen
Voeden
Uitscheiden
Bewegen
Groeien
Voortplanten
Waarnemen
Slide 4 - Diapositive
Levenscyclus
Elke soort heeft een levenscyclus
Individu gaat dood
Soort blijft bestaan
Slide 5 - Diapositive
maken b 1
leren b 1
Slide 6 - Diapositive
Basisstof 2
Slide 7 - Diapositive
De bouw van een organisme
Slide 8 - Diapositive
Torso
Veel organen liggen in de torso van een mens.
Het middenrif scheidt hierbij de romp in de borst- en buikholte.
Slide 9 - Diapositive
Orgaanstelsels
Organen die samenwerken, vormen een orgaanstelsel.
Slide 10 - Diapositive
orgaanstelsels
- Beenderstelsel / skelet
- Spierstelsel
- Spijsverteringsstelsel
- Ademhalingsstelsel
- Bloedvatenstelsel
- Uitscheidingstelsel
- Voortplantingsstelsel
- Zenuwstelsel
- Hormoonstelsel
- Lymfestelsel
- Huid
Slide 11 - Diapositive
Orgaanstelsel sprinkhaan
Orgaanstelsel hond
Slide 12 - Diapositive
Cellen en weefsels
Slide 13 - Diapositive
Verschillende soorten cellen en weefsels
Niet alle dierlijke cellen hebben celkernen, ze kunnen er ook meer hebben.
Slide 14 - Diapositive
Cellen en weefsels
Slide 15 - Diapositive
Cellen en weefsels
1 of meer cellen
Bouwsteen van een organisme
Weefsel: groep cellen met dezelfde vorm en functie tussencelstof rond cellen
Slide 16 - Diapositive
Cellen vormen weefsel
Slide 17 - Diapositive
Basisstof 3
Slide 18 - Diapositive
Cellen
Alle organismen bestaan uit cellen. Cellen zijn de bouwstenen van een organisme. Cellen zijn erg klein. Je kunt ze alleen zien onder een microscoop. Cellen zijn doorzichtig. Om ze goed te kunnen zien onder een microscoop, worden ze gekleurd.
Slide 19 - Diapositive
Microscoop
- De onderdelen en functie van de microscoop
- De vergroting van de microscoop berekenen
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Tekenregels biologie
Altijd met potlood!
Teken alleen wat je ziet.
Teken eerst dunne lijnen.
Teken groot.
Naam, klas, datum
Wat voor tekening?
Strepen naar rechts
Alle onderdelen benoemen
Slide 22 - Diapositive
Tekenen in de biologie
Slide 23 - Diapositive
Tekenregels
Slide 24 - Diapositive
Basisstof 4
Slide 25 - Diapositive
Dierlijke cel
Plantencel
Slide 26 - Diapositive
Plantaardige cel
Slide 27 - Diapositive
Delen van een cel- plant
Intercellulaire ruimte:
ruimte tussen de cellen. Gevuld met lucht of tussencelstof.
Celmembraan: een dun vliesje. Water, zuurstof en CO2 kunnen hier vrij doorheen.
Vacuole: grote ruimte in de cel, gevuld met vocht (water + mineralen). Zorgt voor celdruk / turgor.
Kernmembraan: vliesje om de celkern
Celkern: erfelijk materiaal ligt hier opgeslagen
Cytoplasma: stroperige vloeistof wat in de cel ligt
Celwand: Harde, buitenste schil van de cel. Verstevigd met cellulose voor de stevigheid van een plant.
Bladgroenkorrels: groene korrels die in het cytoplasma liggen. Vindt fotosynthese in plaats onder de juiste omstandigheden.
Slide 28 - Diapositive
Korrels in de cel
Slide 29 - Diapositive
Korrels
Planten hebben verschillende korrels met verschillende functies:
Bladgroenkorrelsdienen voor de fotosynthese (en de groene kleur).
Kleurstofkorrels zijn korrels met rode, oranje of gele kleurstoffen.
Zetmeelkorrels zijn korrels waar zetmeel wordt opgeslagen.
Slide 30 - Diapositive
Basisstof 5
Slide 31 - Diapositive
Bouwbeschrijving
In de kern liggen chromosomen.
chromosomen
Gemaakt van de stof DNA + eiwit
Elke celkern bevat 46 chromosomen.
Alle chromosomen samen is het genoom
Slide 32 - Diapositive
chromosomen
Chromosomen zijn opgebouwd uit een eiwit en DNA.
DNA bevat de informatie voor je erfelijke eigenschappen.
Slide 33 - Diapositive
Chromosomen
De mens heeft in zijn lichaamscellen 46 chromosomen.
Je chromosomen liggen in vaste paartjes van 2, je hebt dus 23 paar chromosomen.
Slide 34 - Diapositive
De chromosomen lijken op lange draden en zijn alleen zichtbaar onder als de cel zich gaat delen.
Slide 35 - Diapositive
Chromomenportret
-Mensen hebben 23 paren chromosomen, in alle lichaamscellen / Ook wel 46 chromosomen.
(levercel, huidcel etc)
-Behalve de Y en X chromosomen zijn de paren gelijk aan elkaar.