9.4 - Voortplanting planten

Thema 9 
Planten

VMBO-TL 4
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Thema 9 
Planten

VMBO-TL 4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1.4 - Voortplanting

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen van deze paragraaf
Je kan uitleggen op welke wijzen planten kunnen voortplanten
Je kan uitleggen wat knollen en bollen zijn
Je kent onderdelen van bloemen en hun functie

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ongeslachtelijke voortplanting
door mitose = gewone celdeling
  • Stekken
  • Enten
  • Bollen
  • Knollen
  • Wortelstokken
  • Uitlopers

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ongeslachtelijke voortplanting
Stekken - stuk van plant afsnijden en op water -> groeien nieuwe wortels uit
-> wordt nieuwe plant



Enten - stengel van plant op andere stengel plaatsen -> vaatbundels groeien aan elkaar -> plant kan verder leven

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Knollen en bollen
Knol -> verdikte stengel; vb. aardappel
Bol -> wortel met dikke bladeren er omheen; vb. ui

Kunnen uitgroeien tot nieuwe planten

Kopie van 'ouderplant'

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geslachtelijke voortplanting
Stuifmeelkorrel + eicel

twee ouderplanten -> nakomeling heeft eigenschappen van beide

Door bestuiving! -> taak van de bloem

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderdelen bloem

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderdelen
Bloembodem
Kelkbladeren - bescherming tegen kou, uitdroging beschadiging
Nectarkliertjes - kliertjes onderin bloem, maken nectar
Kroonbladeren - lokken insecten
Stamper - Voor voortplanting
Meeldraden - Voor voortplanting

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meeldraden en stamper
De meeldraden en stamper zijn de voortplantingsorganen van de plant.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stamper
  • Geheel = stamper
  • Eicel = vrouwelijke geslachtscel  

Slide 11 - Diapositive

Het volgende onderdeel van een bloem is de stamper. De stamper bestaat uit drie delen: Stempel, stijl en vruchtbeginsel. In het vruchtbeginsel bevind zich het zaadbeginsel waarin de vrouwelijke geslachtscel van de plant zit: het eicel. 
Meeldraden en de stamper zijn dus nodig om voort te kunnen planten. 

Bestuiving
Verspreiden stuifmeelkorrels:
- Zelfbestuiving
- Kruisbestuiving

- Wind (windbloemen)
- Insecten (insectenbloemen)

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken van insectenbloemen en windbloemen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WINDBLOEM

  • kleine onopvallende kroonbladeren
  • Veel lichte stuifmeelkorrels
  • meeldraden hangen buiten de bloem
  • Veervormige stempel

INSECTENBLOEM

grote, fel gekleurde kroonbladeren

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

              Ontstaan zaden

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kiemende plantjes
Voedingsstoffen door navelstreng van moederplant naar zaadje

Bevruchtte eicel -> kiem
Zaadbeginsel -> zaad
Zaadlobben bevatten reservevoedsel

Na ontkieming - zelf voedsel maken (fotosynthese)

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verspreiding van zaden
  • De plant verspreid zelf de zaden
  • De wind verspreid de zaden
  • Dieren verspreiden de zaden

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

zaadverspreiding
door de plant zelf

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

zaadverspreiding
door dieren

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

zaadverspreiding 
door planten

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een aardappel kan uitgroeien tot een plant
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een aardappel die uitgroeit tot een plant is een voorbeeld van geslachtelijke voortplanting
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk deel van de plant is bedoeld om insecten te lokken?
A
Kelkbladeren
B
Kroonbladeren
C
Bloembodem
D
Stamper

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk deel van de plant is bedoeld om stuifmeelkorrels te verspreiden?
A
Kelkbladeren
B
Stamper
C
Nectarkliertjes
D
Meeldraden

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk soort planten heeft fel gekleurde kroonbladeren?
A
Windbloemen
B
Insectenbloemen
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is bevruchting bij planten?
A
als een plant een vrucht heeft
B
als de kern van de stuifmeelkorrel samensmelt met de kern van de eicel
C
als een boom appels heeft
D
Als een plant stuifmeelkorrels heeft

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is onderstaande uitspraak juist of onjuist?
Bevruchting vindt plaats in de stijl van een plant

A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ziet een vlinder bij een bloem. Waarom vliegen vlinders van bloem naar bloem?
A
Om de plant te bevruchten
B
Om nectar te drinken
C
Om zaden te verspreiden

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions