2D - les 20, 21 & 22 - 2.1 + 2.2

Hi, 2D :)
Pak je boeken en open LessonUp!
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hi, 2D :)
Pak je boeken en open LessonUp!

Slide 1 - Diapositive

Today / This week

Today is Monday, October 31st (thirty-first).
Monday 31st
les
Tuesday 1st
les
Wednesday 2nd
les

Slide 2 - Diapositive

Doel van deze week
Aan het einde van deze week ken ik de woordjes en grammatica van 2.2 en kan ik deze kennis toepassen in eenvoudige opdrachten.

Slide 3 - Diapositive

To Do:



  1. Hoofdstuk 2 (Scotland) openen



Slide 4 - Diapositive

Wales

Slide 5 - Carte mentale

Welcome to Wales

Slide 6 - Diapositive

Did you know?
Wales has two official languages: English and Welsh. Welsh is a Celtic language. Children in Wales learn it in school until they're 16 years old. All town names are also in Welsh. The longest is 58 letters long: Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch. It means: 'The Church of St Mary in the hollow of the white hazel near the rapid whirlpool and the church of St Tysilio near a red cave'. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Wales - mining
Over the past 200 years, mining has been the most important industry in Wales. It was hard and dirty work. In the early 1800s many young children worked in the mines. That was made illegal in 1843 for children under the age of 10. In 1920, 271 000 Welsh men still worked in coalmines. Now, all coalmines have been closed.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Which of these flags is the Wales' flag?
A
Flag 1
B
Flag 2
C
Flag 3
D
Flag 4

Slide 11 - Quiz

In Wales part of the United Kingdom?
A
Yes
B
No

Slide 12 - Quiz

What are the two official languages in Wales?

Slide 13 - Question ouverte

Wales

Slide 14 - Carte mentale

See you tomorrow, 2D :)

Slide 15 - Diapositive

Hi, 2D :)
Pak je boeken en open LessonUp!

Slide 16 - Diapositive

Today / This week

Today is Monday, November 1st (first).
Monday 31st
les
Tuesday 1st
les
Wednesday 2nd
les

Slide 17 - Diapositive

To Do:

  1. Grammatica 2.2 - uitleg


  2. Zelfstandig werken




Slide 18 - Diapositive

Doel van deze week
Aan het einde van deze week ken ik de woordjes en grammatica van 2.2 en kan ik deze kennis toepassen in eenvoudige opdrachten.

Slide 19 - Diapositive

Grammar: past simple

Om te zeggen dat iets vroeger is gebeurd en nu afgelopen is, gebruik je de past simple. Vaak staat er in de zin wanneer iets is gebeurd, zoals:

yesterday, last week, two years ago, this morning.


Slide 20 - Diapositive

Grammar: past simple
1. Regelmatige werkwoorden krijgen in de past simple -ed erachter. 
Let wel op de spellingsregels:
Hele ww
Spelling
Voorbeeld
to walk
+ -ed
I walked
to carry
y > ie
you carried
to step
p > pp
she stepped
to live
+ -d
they lived

Slide 21 - Diapositive

Grammar: past simple

2. Onregelmatige werkwoorden hebben in de past simple  een eigen vorm. Die moet je uit je hoofd leren.


Op blz. 243 van je boek staat een lijst met alle onregelmatige werkwoorden die je moet leren!

Slide 22 - Diapositive

Grammar: past simple
3. In ontkenningen en vragen gelden voor alle werkwoorden - dus regelmatige én onregelmatige - dezelfde regels:

Ontkenningen         didn't + hele ww        -        I didn't like the film.
                                                                                 -        we didn't see the film.

Vragen                        did + hele ww             -         Did you like the film?
                                                                                 -         Did they see the film?

Slide 23 - Diapositive

Grammar: past simple

4. Een bijzonder onregelmatig werkwoord is to be. Dat is het enige werkwoord dat in de past simple twee vormen heeft in plaats van één: was / were

En het is het enige werkwoord dat in vragen en ontkenningen géén did / didn't krijgt.

Slide 24 - Diapositive

Grammar: past simple
Past simple met to be.
+
-
?
I was there.
I wasn't there.
Was I there?
You were there.
You weren't there?
Were you there?
He / She / It was there.
He / She / It wasn't there.
Was he / she / it there?
We / You / They were there.
We / You / They weren't there.
Were we / you / they there?

Slide 25 - Diapositive

We _____ a documentary about glass blowing last night (to watch).

Slide 26 - Question ouverte

My baby brother _____ all night. (to cry)

Slide 27 - Question ouverte

The tour guide _____ that we should be quiet. (to say)

Slide 28 - Question ouverte

I think he _____ his phone number a while ago. (to change)

Slide 29 - Question ouverte

See you tomorrow, 2D :)

Slide 30 - Diapositive

Hi, 2D :)
Pak je boeken en open LessonUp!

Slide 31 - Diapositive

Today / This week

Today is Monday, November 2nd (second).
Monday 31st
les
Tuesday 1st
les
Wednesday 2nd
les

Slide 32 - Diapositive

Doel van deze week
Aan het einde van deze week ken ik de woordjes en grammatica van 2.2 en kan ik deze kennis toepassen in eenvoudige opdrachten.

Slide 33 - Diapositive

To Do:

  1. Grammatica 2.2 - herhaling


  2. Newsround kijken




Slide 34 - Diapositive

Grammar: past simple

Hoe zet het ook alweer? Wat waren de regels?

Slide 35 - Diapositive

Grammar: past simple

Om te zeggen dat iets vroeger is gebeurd en nu afgelopen is, gebruik je de past simple. Vaak staat er in de zin wanneer iets is gebeurd, zoals:

yesterday, last week, two years ago, this morning.


Slide 36 - Diapositive

Grammar: past simple
1. Regelmatige werkwoorden krijgen in de past simple -ed erachter. 
Let wel op de spellingsregels:
Hele ww
Spelling
Voorbeeld
to walk
+ -ed
I walked
to carry
y > ie
you carried
to step
p > pp
she stepped
to live
+ -d
they lived

Slide 37 - Diapositive

Grammar: past simple

2. Onregelmatige werkwoorden hebben in de past simple  een eigen vorm. Die moet je uit je hoofd leren.


Op blz. 243 van je boek staat een lijst met alle onregelmatige werkwoorden die je moet leren!

Slide 38 - Diapositive

Grammar: past simple
3. In ontkenningen en vragen gelden voor alle werkwoorden - dus regelmatige én onregelmatige - dezelfde regels:

Ontkenningen         didn't + hele ww        -        I didn't like the film.
                                                                                 -        we didn't see the film.

Vragen                        did + hele ww             -         Did you like the film?
                                                                                 -         Did they see the film?

Slide 39 - Diapositive

Grammar: past simple

4. Een bijzonder onregelmatig werkwoord is to be. Dat is het enige werkwoord dat in de past simple twee vormen heeft in plaats van één: was / were

En het is het enige werkwoord dat in vragen en ontkenningen géén did / didn't krijgt.

Slide 40 - Diapositive

Grammar: past simple
Past simple met to be.
+
-
?
I was there.
I wasn't there.
Was I there?
You were there.
You weren't there?
Were you there?
He / She / It was there.
He / She / It wasn't there.
Was he / she / it there?
We / You / They were there.
We / You / They weren't there.
Were we / you / they there?

Slide 41 - Diapositive

They _____ rocks to build the castle. (to use)

Slide 42 - Question ouverte

My cousin _____ the new FIFA game with him last weekend. (to bring)

Slide 43 - Question ouverte

Nina and Eve _____ on holiday last summer. (to be)

Slide 44 - Question ouverte

Slide 45 - Lien

Ik heb het doel: "Aan het einde van deze week ken ik de woordjes en grammatica van 2.2 en kan ik deze kennis toepassen in eenvoudige opdrachten" behaald.
Ja, ik ken het en kan het toepassen
Ik ken het een beetje, maar kan het nog niet toepassen
Nee, ik ken het nog niet en kan het ook nog niet toepassen

Slide 46 - Sondage

See you next week, 2D :)

Slide 47 - Diapositive