20221012 Les 5 Veevoeding - Weende en vitaminen en mineralen

Les 6 Weende analyse
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Les 6 Weende analyse

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afspraken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen

  • Berekenen met Weende analyse
  • Functies vitaminen en mineralen en deze opzoeken in voederwaardenboekje

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag

  • Afronden opdrachten Weende analyse
  • Nabespreking
  • Vitaminen en mineralen
  • Opdrachten
  • Kahoot
  • Afsluiting les

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weende analyse

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weende analyse

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woorden

  • N-houdende stof (ruw eiwit)
  • N-vrije stof 
  • Ruw vet
  • Koolhydraten
  • Droge stof
  • Water
  • Mineralen
  • Ruwe celstof
  • Overige koolhydraten
  • Verontreinigingen/vuil
  • Organische stof 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdrachten 7 t/m 9
Klaar? Vraag/kijk of je medestudent hulp kan gebruiken.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vitaminen en mineralen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mineralen
  • Skeletopbouw
  • Werking enzymen
  • Voor functioneren van allerlei
processen in het lichaam

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdrachten 10 en 11
Klaar? Vraag/kijk of je medestudent hulp kan gebruiken.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke nutrient weet je als je alles geanalyseerd hebt?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Suikers
D
Overige koolhydraten

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat analyseer je als eerst?
A
Droge stof en vocht
B
Eiwit
C
Vet
D
Koolhydraten

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke onderdelen van de Weende- analyse vallen onder organische stof? Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
Ruw vet
B
Grond
C
Mineralen
D
Ruwe celstof

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van eiwitten?
A
Vormen een bouwstof voor weefsels
B
Belangrijkste energiebron
C
Zorgen voor darmgezondheid
D
Zorgen voor gezonde urinewegen

Slide 29 - Quiz

(bijv. opbouw van spieren)
Wat is WAAR over eiwitten?
A
Eiwitten zijn opgebouwd uit vetzuren
B
Er zijn 50 soorten aminozuren bekend
C
In tegenstelling tot essentiële aminozuren, kunnen niet-essentiële aminozuren door het lichaam zelf gemaakt worden
D
Alleen katten kennen essentiële aminozuren, honden niet

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de functies van de voedingsstoffen? 
eiwitten
vetten
koolhydraten
mineralen
vitaminen
water
bouwstof en brandstof
brandstof
brandstof
bouwstof en beschermende stof
beschermende stof
bouwstof en transport

Slide 31 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande feiten over vitaminen is juist?
A
Vitamine A, D, E en K zijn wateroplosbare vitaminen.
B
Een tekort aan vitamine K kan leiden tot rachitis.
C
Een overmaat aan vitamine C kan leiden tot spondylose.
D
Een tekort aan vitamine B kan leiden tot vacht- en huidproblemen.

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waaruit bestaat ruwe celstof
A
makkelijk verteerbare koolhydraten
B
moeilijk verteerbare koolhydraten
C
makkelijk verteerbare aminozuren
D
moeilijk verteerbare aminozuren

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een efficiënte energieleverancier is;
A
Ruwe celstof
B
Ruw vet
C
Ruw eiwit
D
Ruwe As

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kun je de smakelijkheid van een voeding verhogen?
A
Toevoegen van vet
B
Toevoegen van vezels
C
Toevoegen van vitaminen
D
Verlagen van hoeveelheid zout

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is WAAR over eiwitten?
A
Eiwitten zijn opgebouwd uit vetzuren
B
Er zijn 50 soorten aminozuren bekend
C
In tegenstelling tot essentiële aminozuren, kunnen niet-essentiële aminozuren door het lichaam zelf gemaakt worden
D
Alleen katten kennen essentiële aminozuren, honden niet

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van eiwitten?
A
Vormen een bouwstof voor weefsels
B
Belangrijkste energiebron
C
Zorgen voor darmgezondheid
D
Zorgen voor gezonde urinewegen

Slide 37 - Quiz

(bijv. opbouw van spieren)
Water is belangrijk voor?
A
Fungeert als bouwstof voor het lichaam
B
Oplossen van voederbestanddelen en afvalstoffen
C
Regeling lichaamstemperatuur
D
Transport van voederbestanddelen en afvalstoffen

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke onderdelen van de Weende- analyse vallen onder anorganische stof? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
A
Koolhydraten
B
Grond
C
Mineralen
D
Eiwitten

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke onderdelen van de Weende- analyse vallen onder organische stof? Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
Ruw vet
B
Grond
C
Mineralen
D
Ruwe celstof

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat klopt NIET over kip?
A
Spiermaag bevat maagkiezels
B
Kip heeft 1 krop en twee magen (klier- en spiermaag)
C
De kliermaag van kip is vergelijkbaar met lebmaag bij koe.
D
De krop komt na de kliermaag.

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de maag van een varken?
A
Start eiwit en vet vertering en doden bacteriën
B
Start eiwit en vet vertering
C
Start eiwit vertering en doden bacteriën
D
Opnemen van voedingsstoffen

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de dunne darm?
A
Vertering en opnemen van voedingsstoffen
B
Productie van enzymen
C
Vormen van mest
D
Productie gal

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Boekmaag
A
Verteren van plantdelen door micro-organismen
B
Verdeling fijne en grove deeltjes
C
Opname van water, vluchtige vetzuren en mineralen
D
Zelfde functie als bij de koe

Slide 44 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Pens
A
Verteren van plantdelen door micro-organismen
B
Verdeling fijne en grove deeltjes
C
Opname van water, vluchtige vetzuren en mineralen
D
Zelfde functie als bij de koe

Slide 45 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Netmaag
A
Verteren van plantdelen door micro-organismen
B
Verdeling fijne en grove deeltjes
C
Opname van water, vluchtige vetzuren en mineralen
D
Zelfde functie als bij de koe

Slide 46 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgorde magen koe
A
Netmaag-Pens-Boekmaag-Lebmaag
B
Pens-Lebmaag-Boekmaag-Netmaag
C
Pens-Boekmaag-Lebmaag-Netmaag
D
Pens-Netmaag-Boekmaag-Lebmaag

Slide 47 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de volgende beweringen over kauwen van krachtvoer en ruwvoer is juist?
A
Ruwvoer = veel speeksel Krachtvoer = weinig speeksel
B
Ruwvoer = weinig speeksel Krachtvoer = weinig speeksel
C
Ruwvoer = veel speeksel Krachtvoer = veel speeksel
D
Ruwvoer = weinig speeksel Krachtvoer = veel speeksel

Slide 48 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat klopt over het slokdarmsleufreflex?
A
De pens werkt volledig bij het kalf
B
Door het eten van hooi ontwikkelt de pens zich en sluiten de plooien
C
Soort verlengde slokdarm, gaat naar de boekmaag
D
Soort verlengde slokdarm, gaat naar de lebmaag

Slide 49 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Functie cloaca
A
Zelfde als anus
B
Afvoer urine & ontlasting + uiteinde eileider
C
Afvoer urine & ontlasting
D
Uiteinde eileider

Slide 50 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eiwitten
A
Bouwstenen en energie
B
Bouwstof
C
Energie

Slide 51 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 52 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kun je deze kennis op je stage / in de praktijk gebruiken?

Slide 53 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het nuttig om te weten uit welke voedingsstoffen een voer bestaat?

Slide 54 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions