Les 2 B1-K2-W1 (werkoverleg) = proeve

B1-K2-W1 (werkoverleg) = proeve
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
PersoneelsbeleidMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

B1-K2-W1 (werkoverleg) = proeve

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Je maakt de verwerkingsopdrachten. 
Daarna kijken we ze klassikaal na. 

Slide 7 - Diapositive

Welke 2 doelen heeft het overleg van Robert?

Slide 8 - Question ouverte

Dit is een voorbeeld van ................ overleg
A
formeel
B
informeel

Slide 9 - Quiz

Noem een nadeel van het communiceren van deze veranderingen in een werkoverleg tov het doorgeven ervan in een nieuwsbrief

Slide 10 - Question ouverte

Noem 2 voordelen van het communiceren van deze veranderingen in een werkoverleg tov het doorgeven ervan in een nieuwsbrief

Slide 11 - Question ouverte

3A.
A
Bilateraal overleg
B
Werkoverleg
C
Personeelsbijeenkomst
D
Werkbespreking

Slide 12 - Quiz

3B.
A
Bilateraal overleg
B
Werkoverleg
C
Personeelsbijeenkomst
D
Werkbespreking

Slide 13 - Quiz

3C.
A
Managementoverleg
B
Werkoverleg
C
Personeelsbijeenkomst
D
Werkbespreking

Slide 14 - Quiz

3D.
A
Bilateraal overleg
B
Werkoverleg
C
Personeelsbijeenkomst
D
Werkbespreking

Slide 15 - Quiz

3D.
A
Bilateraal overleg
B
Managementoverleg
C
Personeelsbijeenkomst
D
Werkbespreking

Slide 16 - Quiz

Noem 2 vragen

Slide 17 - Question ouverte

Wat kan een reden zijn dat Diederik aan het verzoek van Roos meewerkt?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe noem je de manier van besluitvorming van Diederik
A
autoritair
B
minderheidsbesluit
C
unaniem

Slide 19 - Quiz

Welke 2 soorten verstoring

Slide 20 - Question ouverte

7a. Van welke belemmering in het overleg lijkt hier sprake te zijn?

Slide 21 - Question ouverte

7b Hoe kan de voorzitter dit oplossen?

Slide 22 - Question ouverte

Even opfrissen

Slide 23 - Diapositive

Voorlichting geven is een
A
Instruerend overleg
B
Informatief overleg
C
Besluitvormend overleg
D
Probleemoplossend overleg

Slide 24 - Quiz

Taken verdelen is een ....
A
Instruerend overleg
B
Informatief overleg
C
Besluitvormend overleg
D
Probleemoplossend overleg

Slide 25 - Quiz

Keuzes maken is een....
A
Instruerend overleg
B
Informatief overleg
C
Besluitvormend overleg
D
Probleemoplossend overleg

Slide 26 - Quiz

Instructie bijeenkomst is een....
A
Instruerend overleg
B
Informatief overleg
C
Besluitvormend overleg
D
Probleemoplossend overleg

Slide 27 - Quiz

Een overleg dat ongedwongen plaatsvindt om spontaan iets af te stemmen, zonder vaste agenda of moment is een....
A
informeel overleg
B
formeel overleg

Slide 28 - Quiz

Een overleg waarin verschillende agendapunten volgens een bepaalde structuur worden besproken en beslissingen formeel worden genomen is een....
A
informeel overleg
B
formeel overleg

Slide 29 - Quiz

Wat kun je doen als het gesprek niet op gang komt?

Slide 30 - Question ouverte

Wat kun je doen als deelnemers zelf persoonlijke gesprekken gaan vormen?

Slide 31 - Question ouverte

Wat kun je doen als de deelnemers niet luisteren en door elkaar heen praten?

Slide 32 - Question ouverte

Wat kun je doen als de agendapunten meer tijd kosten dan verwacht en gepland?

Slide 33 - Question ouverte

Wat kun je doen als er een negatief geladen sfeer hangt.

Slide 34 - Question ouverte

Wat kun je doen als de verstandhouding tussen 2 deelnemers verstoord is?

Slide 35 - Question ouverte

Wat kun je doen als de voorzitter het overleg niet goed leidt?

Slide 36 - Question ouverte

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive





  • Haal de bezem door vergaderrituelen
  • Streef naar iets prikkelend elke 5 minuten
  • Leid elk agendapunt in: aanpak, doel en tijd
  • Geef elkaar complimenten, vermijn cynisme
  • Vervang de rondvraag door indienen agendapunten volgende keer.
  • De notulist ondertekend elke actie, afspraak of beslissing
  • Verspreid de actielijst binnen 24 uur.




  • Vergaderen omdat er eenmaal een vergadering gepland staat.
  • Te laat beginnen en uitlopen
  • Tijdens de vergadering nieuwe agendapunten indienen
  • Moment van pauzeren aan het toeval overlaten
  • Vergaderen over het verslag van de vorige vergadering
  • Monologen houden, uitweiden, herhalen, afdwalen..

Slide 39 - Diapositive

Luister en beoordeel het volgende overleg en daarna bespreken we het.

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo