Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
1 = voorzitter -> agenda maken, leiden,
2 = notulist -> notuleren = opschrijven wat er gezegd wordt.
* notulen = het geschreven document
3= deelnemer -> luisteren, mening
geven, uitleg vragen en meedenken