Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Er zijn 357 wilde bijensoorten in Nederland. Hiernaast zie je de telkaart. Hoeveel % van de soorten wilde bijen verwacht men aan te treffen in onze tuinen en parken?
Slide 4 - Question ouverte
In 2021 hebben 11 141 mensen in Nederland meegedaan met de Nationale Bijentelling. Ze hebben in totaal 201 676 bijen en zweefvliegen geteld. Hoeveel bijen werden gemiddeld per 'teller' geteld?
Slide 5 - Question ouverte
In een honingbijenvolk is er één de koningin. Ze kan wel 5 jaar oud worden. Alleen de koningin legt eitjes. De hoeveelheid eitjes die zij legt, hangt af van de temperatuur. Vanaf 1 maart tot 1 oktober legt de koningin haar eitjes. Per volk worden elk jaar ongeveer 130 000 bijen geboren. Hoeveel eitjes legt een bijenkoninging gemiddeld in 5 jaar?
Slide 6 - Question ouverte
Een bijenvolk bestaat uit zo'n 40 000 bijen. Een bij weegt 100 mg. Hoeveel kilo weegt een gemiddeld bijenvolk?
Slide 7 - Question ouverte
De werkbij vliegt sneller, dan wij kunnen rennen. 11,1 meter per seconde! Hoeveel kilometer is dat per uur?
Slide 8 - Question ouverte
De werkbij vliegt met een snelheid van zo’n 40 kilometer per uur. Ook een olifant heeft een maximum snelheid van 40 km/u. Wij halen hooguit 36 km/uur voor een kort sprintje....
Welke snelheid hoort bij welk dier?
40 km/u
49 km/u
23 km/u
122 km/u
72 km/u
Slide 9 - Question de remorquage
Slide 10 - Vidéo
De werkbij vliegt per dag 35 keer uit om stuifmeel en/of nectar te gaan zoeken. Per keer zit daar de grondstof in voor 7,5 milligram honing. Een pot honing weegt vaak 450 gram. Hoevaak moet een bij uitvliegen, voor één zo´n pot?