EHBO - 9 december 2021

EHBO
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon

EHBO

Slide 1 - Diapositive

Maak een mindmap van:
Lees blz 184 t/m 189 
KLaar? Maak er een foto van.

Slide 2 - Diapositive

Zet de foto van de mindmap hierin.

Slide 3 - Question ouverte

Opdrachten tot 09.50 uur
4. Deelopdracht 3 blz 53 t/m 57
5. Lees en maak blz 190 t/m 193
6. Begrippenlijst blz 194
7. Reanimatie en AED oefenen
8. Puzzel stoornissen in het bewustzijn
9. Nakijken hf 2

Slide 4 - Diapositive

Hoofdstuk 2
Herhaling

Slide 5 - Diapositive

In je lichaam zijn drie organen van levensbelang. Welke organen zijn dat?

A
Darmen, nieren en lever.
B
Hart, luchtwegen en nieren.
C
Lever, hersenen en darmen.
D
Longen, hart en hersenen

Slide 6 - Quiz

De functie van het bloed is het vervoeren van stoffen, zodat alle processen in het lichaam werken. Welke stoffen worden daarmee bedoeld?

A
Bloedpasma en bloedplaatjes.
B
Lymfe en bloedplaatjes.
C
Witte en Rode bloedlichaampjes.
D
Zuurstof en voedingsstoffen

Slide 7 - Quiz

Een AED is de afkorting voor
A
Automatische Externe Defecten.
B
Automatische Externe Defibrillator
C
Automatische Elektrische Defibrillator.
D
Automatische Eclectische Denkkader.

Slide 8 - Quiz

In welke situatie gebruik je een AED?

A
Als een slachtoffer een hartstilstand heeft.
B
Als een slachtoffer een onregelmatige ademhaling heeft.
C
Als een slachtoffer een te hoge bloeddruk heeft.
D
Als een slachtoffer een te lage hartslag heeft

Slide 9 - Quiz

Wat doet een AED?
A
Het meet de druk in de bloedvaten.
B
Het meet de temperatuur van het lichaam
C
Het zorgt dat de cholesterol in het bloed lager wordt.
D
Het zorgt dat het hart weer normaal gaat kloppen

Slide 10 - Quiz

Een burgerhulpverlener is aangemeld bij een oproepsysteem voor reanimatie.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Bij een hartstilstand in de buurt krijgt de burgerhulpverlener een bericht op zijn mobiele telefoon met het verzoek om 112 te bellen.


A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Hoe vaak per minuut je hart slaat is afhankelijk van wat je doet. Hoe hoog is de hartslag bij een gezond volwassen persoon als deze IN RUST is?

A
20 tot 40 keer.
B
120 tot 140 keer.
C
60 tot 70 keer.
D
160 tot 180 keer

Slide 13 - Quiz

De zon schijnt en het is bijna 40 graden. Toch wordt de voetbalwedstrijd gespeeld. Eén van de spelers wordt bevangen door de hitte. Hij toont verschijnselen van verwardheid, heeft een snelle hartslag, een verstoorde ademhaling en is niet meer goed aanspreekbaar.''
A
112 bellen, het slachtoffer naar een koele ruimte brengen en het slachtoffer koelen met coldpacks en in ijs water gedrenkte handdoeken.
B
112 bellen, het slachtoffer iets te eten en te drinken geven en hem weer verder laten meespelen.
C
Het slachtoffer aan de kant en in de zon laten zitten, op de ademhaling letten en pas bij dreigende bewusteloosheid 112 bellen.
D
Het slachtoffer in de schaduw laten zitten en voorkomen dat het lichaam onderkoeld raakt.

Slide 14 - Quiz

Wat is een gewricht?
A
Hiermee kun je aangeven hoe zwaar iets is.
B
Een verbinding tussen 2 botten waarbij beweging mogelijk is.
C
Een ander woord voor kraakbeen.
D
Een ander woord voor 3e kerstdag.

Slide 15 - Quiz

Hoe heet dit gewricht?
A
Rolgewricht
B
Scharniergewricht
C
Kogelgewricht
D
Enkel

Slide 16 - Quiz

Hoe heet dit gewricht?
A
Rolgewricht
B
Scharniergewricht
C
Kogelgewricht
D
Enkel

Slide 17 - Quiz

Hoe heet dit gewricht?
A
Rolgewricht
B
Scharniergewricht
C
Kogelgewricht
D
Enkel

Slide 18 - Quiz

Theorietoets hf 1 en 2
Op donderdag 16 dec 2021

Slide 19 - Diapositive

Waar moet je nog een spiekbriefje van maken?

Slide 20 - Question ouverte

Veel succes met leren.

Slide 21 - Diapositive