H2 Erfelijkheid

H3 Erfelijkheid

chromosomen bestaan o.a. uit DNA

Chromosomen bevatten genen, een gen is een stukje chromosoom dat de informatie voor één erfelijke eigenschap bevat

Hoeveel chromosomen bevatten geslachtscellen?

Hoeveel chromosomen bevatten gewone lichaamscellen?

Meiose / reductiedeling

Mitose 

Genenpaar

Genotype en fenotype

Homozygoot en heterozygoot 

Homozygoot en heterozygoot 

Dominant en recessief gen

Dominant en recessief gen

Intermediare erfelijkheid

Intermediare erfelijkheid

Kruising

P = de ouders (parents)

F1 = nakomelingen

f2 = nakomelingen

Wat is de vachtkleur van de F2 en hoeveel kans heeft elke vachtkleur?

Wat is het fenotype en genotype van de ouders?

AA x aa

Welke genen kunnen zich bevinden in de geslachtscellen?

Elke eicel bevat = A

Elke zaadcel bevat = a

Welk genotype en fenotype hebben de nakomelingen (F1)?

Alle F1 nakomelingen = Aa 

dus zwarte vacht

Nu kruis je de nakomelingen van de F1. Wat is dan het genotype en fenotype van de F2?

75% kans op zwarte vacht

25% kans op witte vacht

Stambomen

Kunstmatige en natuurlijke selectie

Uit de nakomelingen kiezen 

zij de meest gunstige erfelijke

eigenschappen. 

Mutaties

Plotselingen verandering van het genotype. 

Gevaarlijk in geslachtscellen 

Mutaties

Mutaties

Kan spontaan gebeuren 

Meestal door straling zoals; radioactieve straling, röntgenstraling of ultraviolet straling. 

Of door chemische stoffen zoals; sigarettenrook of asbest.

Dit noemen wij mutagene-invloeden  

Mutaties