Burgerschap 2 - Meedoen en meepraten H5

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

BURGERSCHAP

MEEDOEN EN MEEPRATEN

5. MEEDOEN EN MEEPRATEN IN JOUW WERELD

Verkiezingen

INSPRAAK IN JOUW WERELD

Bladzijde 53

In Nederland mag je meepraten over de manier waarop Nederland bestuurd wordt.
Noem een manier waarop je je stem kunt laten horen.

Maak opdracht 1

bladzijde 53

STEMMEN BIJ VERKIEZINGEN

Bladzijde 54

Jessy heeft de Nederlandse nationaliteit. Zij is 17 jaar. Waarvoor mag Jessy stemmen?

1. Alleen voor de verkiezingen van de Tweede kamer
2. Alleen voor de verkiezingen van de gemeenteraad
3. Alleen voor de verkiezingen van het Europees Parlement
4. Nergens voor

Maak opdracht 2

bladzijde 54

STEMRECHT

Bladzijde 54

Stel, je hebt stemrecht. Morgen zijn de verkiezingen. Zou je gaan stemmen? Waarom wel of niet?

Maak opdracht 3

bladzijde 54

MEEPRATEN OVER PLANNEN VAN JE GEMEENTE

Bladzijde 55

Over welk plan mag je als burger van een gemeente meepraten?

1. Het plan om de gevangenisstraffen hoger te maken
2. Het plan om het afval zelf weg te brengen in plaats van dat het opgehaald wordt
3. Het plan om een kapot bankje in het park te vervangen
4. Het plan om de belasting op sigaretten te verhogen

Maak opdracht 4 t/m 6

bladzijde 55 en 56

INSPRAAK

Bladzijde 57 en 58

Soms vraagt de gemeente via sociale media naar de mening van burgers. Wat is hier een nadeel van?

Maak opdracht 7 t/m 10

bladzijde 58 t/m 60

BELANGENGROEPEN EN ACTIEGROEPEN

Bladzijde 60 en 61

Welke organisatie is een actiegroep?

1. 
2. 
3. 
4. 

Maak opdracht 11 en 12

bladzijde 61 en 62

IN ACTIE KOMEN

Bladzijde 62

Voor welk doel zet het WNF zich in?

1. Voor de vissers
2. Voor de natuur
3. Voor de windsurfers
4. Voor de volksgezondheid

Maak opdracht 13 t/m 17

bladzijde 63 t/m 68

       Heb jijzelf of je verzorger(s) weleens gestemd? Waarom wel of niet?

Maak opdracht 18

bladzijde 68