Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Bepaling van tijd en plaats
Bepaling van tijd en plaats
Slide 1 - Diapositive
De persoonsvorm is altijd een werkwoord.
A
waar
B
niet waar
Slide 2 - Quiz
Hoe kan ik de persoonsvorm vinden?
Slide 3 - Diapositive
Hoe vindt je het onderwerp in de zin?
A
Wie of wat + lijdend voorwerp
B
Wie of wat + gezegde
Slide 4 - Quiz
Wat is het onderwerp? Maaike heeft een zandkasteel gebouwd.
Slide 5 - Question ouverte
Vandaag leer ik een bepaling van plaats en een bepaling van tijd te herkennen en te benoemen in een zin.
Slide 6 - Diapositive
Bepaling van tijd
Een bepaling van tijd in een zin geeft aan wanneer iets gebeurt.
De bepaling van tijd vind je door te vragen:
wanneer (+ persoonsvorm + onderwerp)?
Bilal speelde gisteren in de tuin.
Welke vraag kunnen we stellen om de bepaling van tijd te weten?
Slide 7 - Diapositive
voorbeelden
BEPALING VAN TIJD Vandaag vieren we feest. Mijn tante uit Duitsland komt morgen aan. Volgende week gaan we op vakantie. Maandag ga ik naar zwemles.
Slide 8 - Diapositive
Bepaling van plaats
Een bepaling van plaats in een zin geeft aan waar iets gebeurt.
De bepaling van plaats vind je door te vragen:
waar (+ persoonsvorm + onderwerp)?
Bilal speelde gisteren in de tuin.
Welke vraag kunnen we stellen om de bepaling van plaats te weten?
Slide 9 - Diapositive
voorbeelden
BEPALING VAN PLAATS We renden in het park. De lift staat op de vierde verdieping. De laarzen liggen naast de kast. Onder de bank ligt de voetbal. Wat valt je op?
Slide 10 - Diapositive
Waar moet je op letten?
Niet alle zinnen hebben een bepaling van plaats of een bepaling van tijd.
Alleen de zinsdelen die antwoord geven op de vragen waaren wanneerzijn een bepaling van plaats en een bepaling van tijd.
Slide 11 - Diapositive
In deze zin vind je een bepaling van....
Vandaag vieren we feest.
A
plaats
B
tijd
C
plaats en tijd
Slide 12 - Quiz
Sleep de bepalingen naar het goede woord:
Er valt
weinig
regen
in Marokko
tijdens de zomer
Bepaling van plaats
Bepaling van tijd
Slide 13 - Question de remorquage
Aan de slag
Duidelijk? Zelf aan de slag met opgave 2 van les 4.
Nog lastig? Kijk nog even mee.
Slide 14 - Diapositive
Bepaling van tijd & bepaling van plaats.
Jan heeft hard gelopen op het schoolplein.
Gisteren heeft Jan hard gelopen.
Gisteren heeft Jan hard gelopen op het schoolplein.
bepaling van plaats
het geeft antwoord op de vraag: waar (+ persoonsvorm + onderwerp)?
Bepaling van tijd
Geeft antwoord op de vraag: wanneer (+ persoonsvorm + onderwerp)?
Slide 15 - Diapositive
Bepaling van plaats en tijd
Bepaling van plaats: WAAR + persoonsvorm + onderwerp?
Bepaling van tijd: WANNEER + persoonsvorm + onderwerp