4.2 Zakelijk lezen leesmanieren, onderwerp, hoofdgedachte

Zakelijk lezen 4.2
Je leert:
- onderwerp / hoofdgedachte
- bronvermelding
citaat
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon

Zakelijk lezen 4.2
Je leert:
- onderwerp / hoofdgedachte
- bronvermelding
citaat

Slide 1 - Diapositive

Vorige les manieren van lezen
  1. Verkennend lezen 
  2. Grondig lezen 
  3. Zoekend lezen
  4. Studerend lezen 

Slide 2 - Diapositive

Onderwerp
Zo vind je het onderwerp van een tekst:

- Lees de tekst oriënterend.
- Geef een zo kort mogelijk antwoord op de vraag: 
waarover gaat deze tekst?


Slide 3 - Diapositive

Hoofdgedachte 
Zo vind je de hoofdgedachte van een tekst

- Lees de tekst precies.
- Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt?  Wat wil de schrijver vertellen over het onderwerp?
Let op. Soms staat het letterlijk in de inleiding of het slot.

Slide 4 - Diapositive

Overeenkomst
onderwerp & hoofdgedachte


Beide geven antwoord op de vraag:
Waar gaat de tekst over?

Slide 5 - Diapositive

Verschil onderwerp & hoofdgedachte
Onderwerp is in een paar woorden
Hoofdgedachte is in een hele zin

Onderwerp vinden -> verkennend lezen
Hoofdgedachte vinden -> grondig lezen

Slide 6 - Diapositive

Tekstdoelen en tekstsoorten

Slide 7 - Diapositive

Bronvermelding
Een bron is een plek waar informatie vandaan komt.
Uit de bronvermelding kun je afleiden wat voor tekst je voor je hebt en voor wie die oorspronkelijk bedoeld was.

Slide 8 - Diapositive

Citaat
Citaten zijn letterlijk overgenomen woorden van iemand anders.
Een schrijver of spreker citeert om zijn eigen tekst mooier, informatiever of overtuigender te maken. Een citaat hoort tussen aanhalingstekens te staan, zodat je als lezer ziet welke woorden geciteerd zijn.
Anna zegt: "Het is mooi weer buiten."

Slide 9 - Diapositive

Welke vier leesmanieren zijn er?
A
Verkennend lezen Onderzoekend lezen Grondig lezen Studerend lezen
B
Verkennend lezen Zoekend lezen Grondig lezen Studerend lezen

Slide 10 - Quiz

Wanneer pas je de leesmanier 'zoekend lezen' toe?
A
Als je nog niet weet wat wat je wilt lezen
B
Als je op zoek bent naar bepaalde informatie

Slide 11 - Quiz

Welke zin is correct geciteerd?

A
'Zingen levert een bijdrage aan de ontwikkeling, zegt de musicoloog M. van Brakel'.
B
'Zingen levert een flinke bijdrage aan de taalontwikkeling', zegt de musicoloog M. van Brakel.

Slide 12 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?

A
Het onderwerp van de tekst
B
Het onderwerp van de alinea wat tevens een deel van het onderwerp van de hele tekst is.

Slide 13 - Quiz

Best lastig
Maak de opdrachten B of C, D en de voortgangstoets.

Slide 14 - Diapositive

Dit wist ik al en ik snap alles!
Maak de voortgangstoets. Bepaal daarna welke opdrachten je nog moet maken om zeker te weten dat je alles niet alleen denkt te weten, maar ook echt geleerd hebt.

Let op! Alle theorie vind je terug bij de opdrachten. 

Slide 15 - Diapositive