3v Geleidbaarheid

3.2 Geleidbaarheid en weerstand
eerste deel: geleidbaarheid
Lessonup.app
code: zie linksonder 
voornaam invoeren voor presentie!
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.2 Geleidbaarheid en weerstand
eerste deel: geleidbaarheid
Lessonup.app
code: zie linksonder 
voornaam invoeren voor presentie!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Je kunt een centrale verwarming vergelijken met een stroomkring.
De ketel en pomp zijn dan de
A
lamp
B
draden
C
spanningsbron
D
schakelaar

Slide 7 - Quiz

Je kunt een centrale verwarming vergelijken met een stroomkring. De radiator is dan de
A
lamp
B
draden
C
spanningsbron
D
schakelaar

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De spanning van een bron in volt geeft de energie aan die de geladen deeltjes van de bron krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

De stroomsterkte in ampere geeft aan hoeveel geladen deeltjes per seconde door b.v. een lampje gaan.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Als de spanning groter wordt, wordt de stroomsterkte
A
groter
B
kleiner
C
gelijk

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Voor het lampje is de stroomsterkte even groot als na het lampje
A
juist
B
onjuist, kleiner
C
onjuist, groter

Slide 16 - Quiz

De stroomsterkte gaat van min naar plus
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Een spanningsmeter (voltmeter) moet je parallel aansluiten
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Een stroommeter moet je in serie aansluiten
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Als iets goed geleidt is de geleidbaarheid groot
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

De eenheid van geleidbaarheid is
A
ohm
B
ampere
C
siemens
D
volt

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Welke draad heeft de grootste geleidbaarheid?
A
dikkere draad
B
dunnere draad

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Welke draad heeft de grootste geleidbaarheid, de kortere of de langere?
A
de kortere
B
de langere

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Bij een spanning van 5 V loopt er een stroomsterkte van 2 A door een lampje. Bereken de geleidbaarheid
A
0,4 S
B
10 S
C
2,5 S
D
7 S

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Bij een A,B diagram verander je B en dan meet je hoe A verandert
A
juist
B
onjuist

Slide 41 - Quiz

Bij een A,B-diagram staat A op de horizontale as
A
juist
B
onjuist, daar staat B
C
onjuist, het maakt niet uit

Slide 42 - Quiz

Bij een recht evenredig verband is de grafiek
A
een rechte lijn
B
een lijn door de oorsprong
C
een rechte lijn door de oorsprong

Slide 43 - Quiz

Slide 44 - Diapositive

vragen uit het boek
16bc, 18, 19, 20abc

Slide 45 - Diapositive