Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Thema 4 Thuis in je huis
Tips:
Lees de vraag eerst goed en denk na.
Kies daarna pas het goede antwoord.
Nadat je antwoord hebt gegeven lees je de vraag nog eens:
heb ik antwoord gegeven op de vraag?
Slide 1 - Diapositive
Een gezin van tien mensen of meer heet een grootfamilie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quiz
Huisstofmijten houden van donker en vocht
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
Linnen is van natuurlijke vezels gemaakt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
Handdoeken zijn gemaakt van
A
wol
B
katoen
C
nylon
Slide 5 - Quiz
Als je een kledingstuk te koud wast kan het krimpen en verkleuren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Dirk en Lina waren getrouwd maar zijn nu uit elkaar. De kinderen wonen de hele week bij Dirk, hij heeft de volledige zorg voor de kinderen. Hij heeft geen nieuwe relatie.
A
eenoudergezin
B
traditioneel gezin
C
samengesteld gezin
D
tweeverdienersgezin
Slide 7 - Quiz
Wat is rolgedrag?
A
Zorgen voor alles in het huishouden
B
Iemand thuis helpen
C
Doen wat van je verwacht wordt
Slide 8 - Quiz
Als je je kamer schoonmaakt, moet je een aantal dingen doen.
Wat is de juiste volgorde?
A
Ramen open zetten.
Werken met droge/vochtige doek.
Werken met natte doek.
B
Ramen open zetten.
Werken met natte doek.
Werken met droge/vochtige doek.
C
Werken met droge/vochtige doek. Ramen open zetten.
Werken met natte doek.
Slide 9 - Quiz
Als je je kamer schoonmaakt, moet je een aantal dingen doen.
Wat moet je eerst doen?
A
Werken met droge/vochtige doek.
B
Ramen open zetten.
C
Werken met natte doek.
Slide 10 - Quiz
Niels maakt een werkstuk over het huishouden van vroeger en nu. Bij het voorbereiden schrijft hij drie verschillen op. Welk verschil dat Niels noteert, is juist?
A
Het huishouden kost nu meer elektriciteit.
B
Het huishouden kost nu meer lichamelijke inspanning.
C
Het huishouden kost nu meer tijd.
D
Alle drie de antwoorden zijn juist.
Slide 11 - Quiz
Giftig
Ontvlambaar
Milieu-
gevaarlijk
Ontplofbaar
Bijtend
Slide 12 - Question de remorquage
Sleep de beschrijvingen naar het juiste symbool
Bleken
Wassen op 60 graden
Niet in de droger
Slide 13 - Question de remorquage
De symbolen van de vorige vraag staan op het
A
onderhoudsetiket
B
samenstellingsetiket
Slide 14 - Quiz
Dit schoonmaakmiddel is milieuvriendelijk
A
spiritus
B
chloor
C
ammonia
D
gootsteenontstopper
Slide 15 - Quiz
Wat betekent het woord “single”?
Slide 16 - Question ouverte
Geef een voorbeeld van een LAT relatie.
Slide 17 - Question ouverte
Vroeger hadden vrouwen in Nederland minder rechten en kansen dan mannen. Tegenwoordig hebben vrouwen dezelfde rechten en kansen als mannen. Hoe noem je dat?