Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Introduction
Tijdens deze les maken de leerlingen kennis met de begrippen taal en dialect en waarom het ene dialect een taal is geworden en het andere niet. Ze ervaren dat de vertaalmachine van Google niet alleen handig is, maar ook nadelen heeft, zowel op praktisch gebied als op het gebied van privacy. Ze leren ook een goede manier om woorden voor een vreemde taal te leren. Tot slot gaan ze zelf aan de slag om een vertaalapp te ontwerpen en een prototype te bouwen.
Download hier de docentenhandleiding:
Instructions
Éléments de cette leçon
Van oertaal tot
vertaalmachine
Slide 1 - Diapositive
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Vlaams
B
Afrikaans
C
Nederlands
D
Zweeds
Slide 2 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Turks
B
Afrikaans
C
Arabisch
D
Italiaans
Slide 3 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Italiaans
B
Vlaams
C
Duits
D
Frans
Slide 4 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Duits
B
Deens
C
Spaans
D
Frans
Slide 5 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Frans
B
Spaans
C
Italiaans
D
Papiaments
Slide 6 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Afrikaans
B
Papiaments
C
Pools
D
Turks
Slide 7 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Spaans
B
Frans
C
Italiaans
D
Arabisch
Slide 8 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Arabisch
B
Turks
C
Pools
D
Grieks
Slide 9 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Zweeds
B
Noors
C
Grieks
D
Deens
Slide 10 - Quiz
Welke taal hoor je hier?
luister
A
Afrikaans
B
Papiaments
C
Pools
D
Turks
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Vidéo
Op welke plek staat Nederlands als het gaat om de meest gesproken talen?