Herhaling domein 1 getallen

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1

Herhaling domein 1 Getallen

Wat gaan we doen vandaag?

- Herhalen domein 1 getallen

Hoe zat het ook alweer?

Reken handig uit:
97 + 110

80 kan je makkelijk bij 120 optellen. Je splitst 97 daarom in 80 en 17. Tel eerst 80 en 120 bij elkaar op. Tel daarna 17 bij het antwoord op.

Grote getallen
Schrijf met alleen cijfers:
zevenenveertigduizendhonderdelf

1. 47.011
2. 4711
3. 470.111
4. 47.111

331 000 - 148 000 =

Negatieve getallen optellen
-21-5=

1. 26
2. 16
3. -16
4. -26

Hoeveel is 600 x 800

1. 48000
2. 40000
3. 4800000
4. 480000

72 x 6

104:8=

64000:800=

Reken uit
27 : (9 : 3) + 12 =

Duizendsten heeft .......... cijfer(s) achter de komma.

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

12,34 x 10 =

11,2098723 x 10000 =

1,8 x 0,21 =

Reken uit:
3,5 : 7 =

Reken uit:
0,8 : 0,2 =

Schrijf de breuk 13/4 als samengestelde breuk

Vereenvoudig de breuk 6/9 zo ver mogelijk

Wat moet je als eerste doen als je twee niet gelijknamige breuken op moet tellen?

1. Gelijknamig maken ( de ondersten gelijk)
2. Bovenste x bovenste Onderste x onderste
3. Bovenste + bovenste Onderste + onderste
4. Ik heb geen idee

Schrijf 4/10 als decimaal getal

Klopt dit?
3,13 > 3,2

1. Ja
2. Nee

3/5 + 2/7 = ?

7/8 - 1/3 =

Uitwerking vraag

      7                1                  21                8                  13
   _____   -   _____  =      _____   -    ______    =   ______
      8                3                 24              24                 24

Hoe noemen we het onderste getal van een breuk?

1. Noemer
2. Teller

​2​​1​​⋅​3​​2​​

2⋅​5​​1​​

Breuken delen

Je deelt de teller door het hele getal

 6:  3  =                                          6  :  3  =  2 

 8                                                     8              8

6:3 =2

Schrijf 0,52 als een breuk.

Afronden op één cijfer achter de komma.
5,579 wordt ...

1. 5,5
2. 5,6
3. 5,55
4. 5,7

Afronden op hele getallen.
15,49 wordt ...

1. 16
2. 15
3. 15,5
4. 15,4

Rond af op 2 decimalen:

12,5498

Rond af op een heel getal:

89,823

Imke gaat koken. Ze heeft 850 gram rijst nodig. In één pakje zit 400 gram.
Hoeveel pakjes moet Imke kopen?

1. 850 : 400 = 2,125 afgerond is dat 2
2. 850 : 400 = 2,125 dus: 2,125
3. 850 : 400 = 2,125 dus ik heb er 3 nodig
4. 850 : 400 = 2,125 dus ik koop er 2,5

Vragen ?

Zijn er nog vragen of onduidelijkheden?

Volgende week Toets!!