Donderdag 27 oktober

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Donderdag 27 oktober

4K

Tijd: 10.30-12.00

Lesopzet:

Start van de les

- Terugblik domotica markt 

Mens en Zorg Praktijkkaart A4 EHBO

Volgende week donderdag afronden A4 

Lesdoelen:

Aan het einde van de  les heb je geleerd:

- wat de 5 basisregels voor EHBO zijn

- wat het verschil is tussen flauwvallen en bewusteloosheid

- hoe je iemand in de stabiele zijligging moet leggen

Als je hulp moet verlenen, houd je dan aan de 5 basisregels voor EHBO:

1. Let op gevaar
2. Ga na wat er is gebeurd en daarna wat het slachtoffer mankeert
3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
4. Zorg voor professionele hulp
5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit

Flauwvallen

Flauwvallen is een kort bewustzijnsverlies door onvoldoende bloedtoevoer en daarmee zuurstof naar de hersenen. Oorzaken kunnen zijn: zien van bloed, benauwde/ drukke omgeving, pijn, te weinig eten of drinken.

Meestal duurt flauwvallen heel kort (30 – 60 seconden), en komt iemand spontaan weer bij bewustzijn.

Bewusteloosheid

Duurt het bewustzijnsverlies langer dan kan er sprake zijn van bewusteloosheid.

Bewusteloosheid is: lang en diep flauwvallen. Hierbij heeft het slachtoffer geen aandacht meer voor de omgeving en reageert ook niet meer op prikkels van buitenaf.

Oorzaak: bijvoorbeeld klap op het hoofd, verkeersongeluk, hersenbloeding.

Wat moet je doen als je iemand aantreft met bewustzijnsverlies?

Leg het slachtoffer op de grond (zet hem/ haar zeker niet rechtop!) en maak knellende kleding los en zorg voor frisse lucht.

Meestal is het slachtoffer binnen een minuut weer bij kennis.

Bij een slachtoffer dat niet reageert op prikkels of niet aanspreekbaar is, is het belangrijk om zo snel mogelijk 1-1-2 te bellen. Controleer de ademhaling en draai het slachtoffer op zijn/haar zij (= stabiele zijligging).

De stabiele zijligging is een manier van liggen die er voor zorgt dat je makkelijker kunt ademhalen en er voor zorgt dat een patiënt niet kan stikken in braaksel, bloed of vocht in de mond.

Aan het werk:

Lezen en maken 1 t/m 17

Praktijk: oefenen van de stabiele zijligging 

+ direct af toetsen (= onderdeel van de praktijktoets M&Z)

Afsluiten van de les