Capitulo 5 - les 2 kerst

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es jueves, 21 de diciembre
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es jueves, 21 de diciembre

Slide 1 - Diapositive

La regla:
Respect:
Als iemand praat is de rest stil
Ik steek me vinger op als ik iets wil zeggen
We gaan niet naar de wc tijdens de les

Slide 2 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy?
  • De getallen
  • Kerst-opdracht
  • Snoepen en Bingo

Slide 3 - Diapositive

¿Cuál es la meta de hoy? 

Aan het eind van de les:
  • weet ik minimaal 3 kerst-gerelateerde woorden in het Spaans

Slide 4 - Diapositive

Mi ............. se llama ..............
Árbol geneológico
Stamboom

Slide 5 - Diapositive

Navidad

https://www.youtube.com/watch?v=8njZgK1YFRc&ab_channel=TioSpanish%3Aaprenderespa%C3%B1olonline

Slide 6 - Diapositive

Navidad
https://www.youtube.com/watch?v=BiCjv50C6LA&ab_channel=MartaPam



https://www.youtube.com/watch?v=tWtcS4x2NA4&ab_channel=Miguel%C3%81ngelG%C3%B3mezMoreno

Slide 7 - Diapositive

Las doce uvas
Amor = liefde
Amistad = vriendschap
Dinero = geld
Viajes = reizen
Novio/a = vriendje/vriendinnetje
Buenas notas = goede cijfers
Una mascota = een huisdier

Amor = liefde
Amistad = vriendschap
Dinero = geld
Salud= gezondheid
Viajes = reizen
Novio/a = vriendje/vriendinnetje
Buenas notas = goede cijfers
Una mascota = een huisdier
Descanso = rust





Aprender a cocinar = leren koken
Aprender a bailar = leren dansen
ir a la playa = naar het strand gaan
Aprender a cantar = leren zingen
Un lugar nuevo= nieuwe plek
Comer saludable= gezond eten
Nuevo teléfono= nieuwe mobiel
Pasar el año = overgaan
Las doce uvas

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

¿Cuál es la meta de hoy? 

Aan het eind van de les:
  • weet ik minimaal 3 kerst-gerelateerde woorden in het Spaans

Slide 10 - Diapositive

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
2. Compré __________ manzanas en el supermercado.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 11 - Quiz

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
3. Necesito __________ bolígrafo para tomar apuntes.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 12 - Quiz

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
4. Quiero comprar __________ zapatos nuevos.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 13 - Quiz

Quizlet
https://ap.lc/wzBbJ

Slide 14 - Diapositive