Wie wordt crimineel?

Wie wordt crimineel?
  • Je kan de 6 meest invloedrijke theorieën over de oorzaak van criminaliteit beschrijven.
  • Je kan deze 6 theorieën koppelen aan praktijksituaties 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wie wordt crimineel?
  • Je kan de 6 meest invloedrijke theorieën over de oorzaak van criminaliteit beschrijven.
  • Je kan deze 6 theorieën koppelen aan praktijksituaties 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Zelfcontroletheorie (Michael Gottfredson)

Gebrek aan zelfcontrole is 
belangrijkste oorzaak van crimineel gedrag

Ook vergrote kans op verslavingen



Slide 3 - Diapositive

Rationele keuze (Marcus Felson)
De mens weegt voor- en nadelen tegen elkaar af.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Aangeleerd gedragtheorie (Sutherland)

Als mensen intensief contact hebben met anderen die crimineel zijn, is de kans groot dat zij ook crimineel worden

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Bindingstheorie (Travis Hirschi)

Ieder mens is tot het slechte geneigd. De meesten van ons gedragen zich netjes omdat wij bindingen hebben die wij niet zomaar op het spel willen zetten

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Anomietheorie (Robert Merton)
Iedereen wil zo hoog mogelijk op de maatschappelijke ladder komen. Dat lukt niet iedereen, o.a. door afkomst of ontbreken diploma. Een deel stelt doelen bij. Anderen gaan strafbare feiten plegen.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Sociobiologie (Edward Wilson)
Twee oorzaken: genetische factoren en opvoeding

Genetisch:
Lage hartslag
Veel testosteron

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Wie wordt crimineel?

1) Lees: wie wordt crimineel?
2) Ga op zoek naar een veroordeelde crimineel en benoem kort wat hij/zij heeft gedaan (wat achtergrond informatie dus).
3) Omschrijf welke theorie hier het beste bij aansluit en waarom dat zo is. 

Slide 14 - Diapositive