klasnl les 3

                                     les 3 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK+1Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1Leerroute 2Leerroute 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

                                     les 3 

Slide 1 - Diapositive

wat is een adres

Slide 2 - Carte mentale

wat doe jij met je telefoon?

Slide 3 - Carte mentale

schrijf de (eerste) 1ste
5 maanden van het jaar.

Slide 4 - Question ouverte

schrijf
de 6 de maand

Slide 5 - Question ouverte

schrijf de 10de maand

Slide 6 - Question ouverte

je geboorte datum is 
getal van de dag  
getal van de maand
het jaar 
 

Slide 7 - Diapositive

wat is jouw geboortemaand

Slide 8 - Question ouverte

wat is jouw geboorte-
datum

Slide 9 - Question ouverte

ik ben geboren op twaalf december wat is goed?
A
12-12
B
12-11
C
12-10
D
12-01

Slide 10 - Quiz

ik ben geboren
4 maart 1963
A
03-04-1963
B
04-03-1963

Slide 11 - Quiz

de koning is geboren op,
27 april 1967
A
27-05-1967
B
27-06-1967
C
27-04-1968
D
27-04-1967

Slide 12 - Quiz

als je getrouwd bent dan ?
A
als man en vrouw ruzie maken
B
jongen en meisje spelen
C
zijn man en vrouw samen met elkaar wonen

Slide 13 - Quiz

als je gescheiden bent dan....
A
ga je naar huis
B
ben je niet meer man en vrouw
C
vind je elkaar heel leuk
D
vind je school niet leuk

Slide 14 - Quiz

wat is geboren ?

Slide 15 - Carte mentale

wat is dit ?
A
een leest
B
een e-mail lijst
C
een naam lijst
D
een telefoonlijst

Slide 16 - Quiz

Wat doe ik  graag ? 
wat vind ik leuk om te doen;  
zwemmen en jij ......? 

Slide 17 - Diapositive

wat doe jij graag ?

Slide 18 - Carte mentale

Slide 19 - Diapositive

wij hebben een i-pad. 
ik              heb    een boek 
jij / je       hebt  een tas                   Heb jij / je een euro ? 
u               hebt/ heeft   een laptop 
zij ze        heeft  fiets 
hij             heeft  auto 
wij/jullie hebben huiswerk 

Slide 20 - Diapositive

ik ............een auto
A
heeft
B
heb
C
hebben
D
heft

Slide 21 - Quiz

zij ...........4 kinderen
A
heefd
B
heeft
C
hebt
D
heb

Slide 22 - Quiz

jij ................een broer
A
heeft
B
heb
C
hebt
D
hebd

Slide 23 - Quiz

....................jij een nieuwe game
A
heeft
B
hebt
C
heb

Slide 24 - Quiz

wij komen vandaag naar school 
ik              kom   vandaag niet. 
jij je         komt  op de sportschool 
hij zij ze komt  altijd in de supermarkt 
              u komt in de klas 
                   Kom  je / jij ?  
 

Slide 25 - Diapositive

Jij ............uit Rusland.
A
kom
B
komt
C
komen
D
kommt

Slide 26 - Quiz

ik ...............uit Heerenveen
A
komt
B
komen
C
kom
D
kwam

Slide 27 - Quiz

hij................uit Amsterdam
A
komt
B
kom
C
komen
D
kwim

Slide 28 - Quiz


maak een goede zin met de woorden..
-jij-Wie-ben-?

Slide 29 - Question ouverte

maak een zin met deze woorden
doen-ga-je-Wat-?

Slide 30 - Question ouverte

je-ben-Wanneer- geboren ?

Slide 31 - Question ouverte

doewoord  = werkwoord 
"zijn"

Ik   ben Patrik.   
jij/ je      ben+t  de leerling. 
   u          ben+t   Mevrouw Pen.
Hij ...........Farad. 
Zij/ze ............Saskia.  

hij / zij is een kind 

meer dan 2 .....
Wij zijn leerlingen van de Caleido
Zij zijn de leerlingen . 
Jullie zijn de beste groep

Slide 32 - Diapositive

doewoord -zijn
ik...hij...

Slide 33 - Question ouverte

Maak een zin
Vertel wie jij bent !

Slide 34 - Question ouverte

welke is fout ?
A
zij is een meisje.
B
zij is een leerling.
C
hij is de directeur.
D
u is een docent.

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Diapositive