Britse Rijk 1.1 online 2

Historische context - Britse Rijk 1585-1900
1.1 Nieuwe samenlevingen
les 2 - Oorlog en ziekte' t/m 'Winstgevende handel overzee' 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Historische context - Britse Rijk 1585-1900
1.1 Nieuwe samenlevingen
les 2 - Oorlog en ziekte' t/m 'Winstgevende handel overzee' 

Slide 1 - Diapositive

4. Wat waren de sociale en economische eigenschappen van vestigingskoloniën en van plantage-economieën?
5. Waarom waren de plantagekoloniën in het Caraïbisch gebied, zoals Barbados en Jamaica, winstgevender voor de Britse kolonisator dan de plantagekoloniën in Noord-Amerika?
6. Beschrijf en verklaar de driehoekshandel van de Britse African Company?
Leerdoelen
Vertel maar.

Slide 2 - Diapositive

18 Het begin van de Europese overzeese expansie.
21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.

27 Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
29 Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.









Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij het stuk dat je voor vandaag bestudeerd hebt?

Slide 3 - Diapositive

18 Het begin van de Europese overzeese expansie.
21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.

27 Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
29 Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.









Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij het stuk dat je voor vandaag bestudeerd hebt?

Slide 4 - Diapositive

Welk motief hadden Engelse kolonisten om vriendschap met de indianen te sluiten?
Welk motief hadden indianen om vriendschap met de Engelse kolonisten te sluiten?

Slide 5 - Diapositive

Waarom veranderde de vriendschap in oorlog?
Noem twee oorzaken voor de snelle afname van het aantal indianen.

Slide 6 - Diapositive

‘Op 10 februari 1675 kwamen de indianen in grote getalen naar Lancaster. De eersten kwamen rond zonsopgang, we werden wakker van het geluid van geweren. Er stonden toen al meerdere huizen in brand, de rook steeg op naar de Hemel. Uit één huis werden vijf personen naar buiten genomen. De vader, moeder en een baby werden op het hoofd geslagen. De andere twee werden levend weggevoerd. Er was ook iemand die, hoewel gewond, probeerde weg te rennen. Hij werd neergeschoten en terwijl hij nog smeekte voor zijn leven, hen zelfs geld beloofde (zo vertelden ze mij later), werd hij op zijn hoofd geslagen, ontdaan van zijn kleding en opengesneden. En zo gingen deze moorddadige ellendelingen verder, plunderend en brandstichtend
In Lancaster, New England, woonde Mary Rowlandson.

Ze beschrijft een aanval door indianen. Rowlandson werd ontvoerd door de indianen, maar ze werd na de betaling van losgeld vrijgelaten en deed verslag van haar belevenissen:
Is het verslag van Mary Rowlandson  een betrouwbare bron over de relatie tussen kolonisten en indianen?

Geef een argument voor en een argument tegen de betrouwbaarheid.

Slide 7 - Diapositive

Waarom was de hoeveelheid slaven in de zuidelijke koloniën veel groter dan in het noorden

Slide 8 - Question ouverte

Waar gaan deze schilderijen over?
Waarom zijn ze niet waarheidsgetrouw en waarom wijkt de schilder af van de waarheid?
Bron 9, 10 en 13 in je boek, blz 211-213

Slide 9 - Diapositive

Waarom spreekt men tegenwoordig liever over slaven met de term 'slaafgemaakten' ?

Slide 10 - Question ouverte

Slaven of slaafgemaakten wat vind jij correct?
slaven
slaafgemaakten

Slide 11 - Sondage

Noem twee redenen waarom de eilanden in de Caraïben geschikt waren voor plantagelandbouw
A
vruchtbare grond voor suikerteelt
B
gunstige ligging voor handel
C
veel slaven beschikbaar op de eilanden
D
Goed klimaat voor suikerteelt

Slide 12 - Quiz

De opkomst van de plantagelandbouw was een belangrijke oorzaak voor de driehoekshandel.
In hoeverre is deze bewering juist?

Slide 13 - Diapositive

De intensieve suikerteelt op Jamaica en Barbados, zorgde voor zowel de opkomst als de ondergang van de plantagelandbouw.

Slide 14 - Sondage

Dit schip, de Brookes, was ingericht voor het vervoer van 421 slaven. De eigenaar van het schip vond dat dat niet genoeg winst opleverde. Hij vulde het schip daarom met zevenhonderd slaven die vanuit Afrika naar de Caraïben werden vervoerd. De tekeningen komen uit een boek van de Engelsman Thomas Clarkson uit 1808, waarin hij betoogt dat slavernij verkeerd is en moet worden afgeschaft.
Wat hoopte de tekenaar van bron 16 met de publicatie van zijn tekening te bereiken?

Slide 15 - Diapositive

Beredeneer welk effect de afschaffing van de slavenhandel had op de winstgevendheid van de suikerrietplantages op Jamaica en Barbados.

Slide 16 - Question ouverte

Welke vragen heb je nog?

Slide 17 - Question ouverte

huiswerk
bestudeer par 1.1 vanaf 'Oorlog en ziekte'  t/m 'Oplopende spanningen in Noord-Amerika t/m Afschaffing van de slavernij.'

maak een samenvatting
laat ruimte voor wat je niet begrijpt.

Slide 18 - Diapositive